Aragón, de authentieke en nog niet ontdekte regio van Spanje
Aragón strekt zich uit van de Pyreneeën over de droge streek rond Zaragoza tot de beboste heuvels in de provincie Teruel. De regio is rijk aan pittoreske, goed bewaard gebleven stadjes. In de steden Zaragoza en Teruel staan enkele van de indrukwekkendste mudejarmonumenten van Spanje. De hoogste pieken van de Pyreneeën liggen in de provincie Huesca. In deze provincie ligt het nationale park Ordesa met een spectaculair berglandschap. Aan de voet van de Pyreneeën loopt de pelgrimsroute naar Santiago. Op deze route ligt het imposante klooster van San Juan de la Peña. Vlakbij het klooster ligt Jaca, één van de oudste steden van de regio.
Aragón
Algemeen
Aragón is één van de zeventien autonome regio's van Spanje. De regio heeft een oppervlakte van 47.720 km² en heeft ruim 1,3 miljoen inwoners (2016). De hoofdstad is Zaragoza met ruim 661.000 inwoners (2016). Aragón grenst in het noorden aan Frankrijk, de grens wordt gevormd door de pieken van de Pyreneeën. De regio strekt zich uit tot halverwege Spanje en grenst in het zuiden aan de regio Valencia. Het oosten grenst aan de regio Catalonië. Het westen grenst aan de regio's Castilië-La Mancha, Castilië-León, La Rioja en Navarra. Eén van de langste rivieren van Spanje, de Ebro, deelt de regio in tweeën. Aragón is onderverdeeld in de provincies Huesca, Zaragoza en Teruel. Deze provincies hebben de zelfde naam als hun hoofdstad.
Aragón is een authentieke, maar weinig bezochte regio. Na de reconquista bleven de moslims die achterbleven bouwen in hun typische mudejarstijl. Deze stijl wordt gekenmerkt door gedetailleerd metselwerk en geometrische keramische decoraties. Mudejararchitectuur is in heel Aragón te zien, maar de mooiste voorbeelden vindt u in Zaragoza en Teruel. De steden Huesca en Jaca zijn de poort naar de Aragonese hoge Pyreneeën. Hier ligt ook het nationale park Ordesa, één van de spectaculairste berggebieden van Spanje. Een andere populaire bezienswaardigheid ligt ook in de Pyreneeën, namelijk het Monasterio de San Juan de la Peña. Dit klooster gaat deels schuil onder een overhangende rots.
Geschiedenis
De vroegste periode
Aragón is al bewoond sinds de oertijd, al zeker 40.000 jaar. Ongeveer 1200 v.Chr. trokken de Kelten over de Pyreneeën en vermengden zich met de lokale Iberiërs. In de 2de eeuw v.Chr. werden de Keltiberiërs verslagen door de Romeinen. Een mooi overblijfsel uit de Romeinse tijd is de stad Cesaraugusta, het latere Zaragoza. Deze stad heeft nog steeds een Romeinse stadsmuur. Na de val van het Romeinse Rijk in de 5de eeuw n.Chr. namen de Visigoten de macht over.
Het Visigotische Rijk werd na verloop van tijd steeds meer ondermijnd door interne twisten. Hierdoor werd het een gemakkelijke prooi voor de Moren uit Noord-Afrika. De Moren veroverden het Iberisch Schiereiland in minder dan drie jaar tijd. In 714 namen zij Zaragoza in. De Aragonese Pyreneeën werden niet door de Moren veroverd en boden een uitstekende schuilplaats voor de oorspronkelijke bevolking. In het begin van de 8ste eeuw begon de herovering (reconquista) van Spanje. De reconquista begon in het noordwesten van Spanje en de christenen breidden hun territorium steeds verder uit.
Het koninkrijk Aragón
De Aragonese Pyreneeën vormden de bakermat van het latere koninkrijk Aragón. Hier ontstond in 795 het graafschap Aragón, nadat de Moren waren verslagen. Het koninkrijk Aragón werd in 1035 gesticht door Ramiro I, zoon van de koning van Navarra. Jaca werd de eerste hoofdstad van het nieuwe koninkrijk. De nieuwe machthebbers trokken steeds verder zuidwaarts en in 1096 werd de stad Huesca heroverd op de Moren. Huesca werd vervolgens de nieuwe hoofdstad. In 1118 werden de Moren in Zaragoza verslagen. Zaragoza werd nu de hoofdstad. In 1171 volgde Teruel en waren de Moren uit heel Aragón verdreven.
Aragón was een koninkrijk van 1035 tot 1707. Het relatief kleine grondgebied werd vanaf de 12de eeuw uitgebreid door veroveringen of huwelijken. In 1137 trouwde graaf Ramon Berenguer IV van Barcelona met koningin Petronella van Aragón. Hierdoor werden Aragón en Catalonië samengevoegd en ontstond de Kroon van Aragón. In de daarop volgende eeuwen wisten koningen van de Kroon van Aragón een groot deel van Oost-Spanje onder hun heerschappij te brengen. Ook werd een groot deel van het Middellandse Zeegebied veroverd. Mallorca, Menorca en Ibiza werden veroverd in de 13de eeuw, evenals het koninkrijk Valencia. In de 13de eeuw kwam ook een deel van Zuid-Frankrijk bij Aragón. Het werd een mediterrane macht om rekening mee te houden. Zijn invloed strekte zich op zeker moment uit tot Sardinië (1325), Sicilië (1282) en zelfs tot Athene (1311) en Napels (1442).
Vanaf de 15de eeuw raakte het koninkrijk Aragón in verval. Castilië-León was in de 15de eeuw een machtig koninkrijk, zowel in economisch als militair opzicht. Daarom werd in 1412 Ferdinand van Trastamara, afkomstig uit Castilië, tot koning van Aragón gekozen. In 1469 trouwde Isabella van Castilië met Ferdinand van Aragón. Dit huwelijk maakte de weg vrij voor de eenwording van Spanje. Het koninkrijk Aragón was niet meer zo belangrijk en bleef nog slechts in naam bestaan.
In 1700 stierf de Spaanse koning Carlos II zonder erfgenaam nadat hij Filips V (Bourbon) als opvolger had aangewezen. De andere Europese mogendheden schoven echter aartshertog Karel van Oostenrijk naar voren, wat leidde tot de Spaanse Successieoorlog (1702-1714). Aragón wantrouwde het centralisme van de Bourbons en koos partij voor Karel van Oostenrijk. Filips V besteeg de troon als eerste lid van de Bourbonse tak in Spanje. Hij voltooide de centralisatie en ontnam Aragón in 1707 alle privileges. Dit was het einde van het onafhankelijke koninkrijk Aragón.
De moderne tijd
Tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog (1808-1814) werd Spanje bezet door Frankrijk. Ook Aragón had met deze bezetting te maken. Vooral Zaragoza verzette zich hevig tegen de Fransen. In 1808 werd de stad voor de eerste keer belegerd, maar de Fransen trokken zich al snel terug. In 1808/1809 werd de stad opnieuw belegerd. Zaragoza capituleerde en verloor meer dan de helft van zijn bevolking, ongeveer 54.000 mensen.
In 1936 won het linkse Volksfront de nationale parlementsverkiezingen. Dit leidde tot de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939). Aragón was verdeeld, het westelijk deel van de regio sloot zich aan bij Franco. Het overige deel sloot zich aan bij de republikeinen van het Volksfront. Het deel van Aragón dat de republikeinen steunde betaalde daarvoor een hoge tol in mensenlevens. Begin 1938 verloren de republikeinen de Slag om Teruel. In dat zelfde jaar versloeg Franco het republikeinse leger in de Slag bij de Ebro. Na de dood van Franco in 1975 werd de democratie hersteld. In 1979 werd Aragón een autonome regio.
Toplocaties
Zaragoza
Zaragoza is de hoofdstad van Aragón. Het is de vijfde stad van Spanje en ligt aan de oevers van de Ebro. Zaragoza was Romeins, Arabisch en christelijk. Er is veel te zien dat aan de Romeinse tijd herinnert, zoals de stadsmuur, een forum en een theater. Zaragoza staat ook bekend om de mudejararchitectuur, islamitische architectuur van na de reconquista.
Aan het
Plaza del Pilar staat de
Basílica de Nuestra Señora del Pilar. Deze 17de-eeuwse basiliek heeft elf betegelde koepels. Binnen staat in de
Mariakapel een pilaar met het gotische houten standbeeld van Maria. Haar mantel wordt bijna dagelijks verwisseld en pelgrims verdringen elkaar om de achterkant van de pilaar te kussen. In de basiliek zijn ook fresco's van Goya te zien. Aan het
Plaza de la Seo staat de
Seo del Salvador. In deze 16de-eeuwse kathedraal zijn veel stijlen verenigd. De opbouw is gotisch en in de 17de eeuw werd de klokkentoren toegevoegd. De barokke gevel dateert uit de 18de eeuw. Een deel van het exterieur is versierd met typische mudejarversieringen in baksteen en keramiek. Binnen vindt u een gotisch retabel, beeldhouwwerken, schilderijen, religieuze versieringen en Vlaamse wandtapijten.
Eén van de belangrijkste monumenten van Zaragoza ligt enkele kilometers ten westen van het centrum. Hier staat het
Palacio de la Aljafería. Dit Moorse paleis werd gebouwd in de 11de eeuw. Vanaf de 12de eeuw was het in handen van de koningen van Aragón. In de 14de eeuw onderging het paleis tal van aanpassingen in gotische en mudejarstijl. In de 15de eeuw werd er een paleis bijgebouwd. Onder Filips II (16de eeuw) werd het een militair fort, daarna de zetel van het tribunaal van de Inquisitie en vervolgens raakte het in de vergetelheid. Na een grondige restauratie zetelt er sinds 1985 het Aragonese parlement.
Parque Nacional de Ordesa
Het nationale park van Ordesa heet voluit Parque Nacional de Ordesa y Monte Perdido. Het park heeft het indrukwekkendste landschap van de Spaanse Pyreneeën. Het bergachtige landschap heeft een veelsoortige flora en fauna. Het park is ook een paradijs voor wandelaars.
Aan de westkant van het nationale park ligt het dorp
Torla. Dit dorp, bij de toegang tot het park, is het belangrijkste toeristencentrum van de Pyreneeën. Torla ligt tegen de achtergrond van de hellingen van de Mondarruego (2840 m). Rond de kerk van het dorp ligt een buurtje met keistraatjes en huizen met leistenen daken. De toegangspoort tot het noordelijke deel van het park is
Bielsa. Dit bergdorp leeft bijna uitsluitend van het toerisme. De belangrijkste attractie is het
Museo Etnológico de Bielsa. In dit museum staat de geschiedenis van de regio centraal.
In het park leeft een overvloed aan planten- en diersoorten. Forellen zwemmen in de rivieren en op het land leven wilde zwijnen, herten, gemzen, marmotten, otters en wezels. Er komen ook veel vogelsoorten voor, zoals de auerhoen, lammergier, bergadelaar en diverse uilensoorten. Op de hellingen bloeien onder meer gentianen, orchideeën en de edelweiss. In het park vindt u ook volop dennenbomen, pijnbomen, berken, beuken en wilde kersenbomen.
In het hart van het park doorsnijden vier kloven (valleien) het kalkstenen massief. Deze kloven zijn een uitstekend wandelgebied waar u kunt genieten van het spectaculaire landschap. Op de wandelroutes liggen diverse watervallen. De spectaculairste is de 70 m hoge
Cola del Caballo in de
Valle de Ordesa. De kloof
Cañon de Añisclo loopt door een landschap van bosrijke kalkrotsen. Het dorp Bielsa ligt in de
Valle de Pineta met een mooi uitzicht op de
Monte Perdido (3355 m). In de
Garganta de Escuaín lopen wandelroutes door de dorpen Escuaín, Tella en Revilla.
Jaca
Jaca is een pittoreske plaats in het hart van de Pyreneeën. De stad is van Romeinse oorsprong en bestond al in de 2de eeuw v.Chr. In 1035 werd Jaca de eerste hoofdstad van het koninkrijk Aragón. Tegenwoordig is Jaca een levendige stad. Skiërs komen er in de winter, dagjesmensen in de zomer. Jaca wordt ook bezocht door pelgrims op weg naar Santiago de Compostela.
In de omgeving van Jaca: het klooster van San Juan de la Peña /
Bron: Geheimnisträgerin, Wikimedia Commons (Publiek domein)In het centrum staat de
Catedral. Deze 11de-eeuwse kathedraal was de eerste romaanse kathedraal van Spanje. Na verloop van tijd stond de kathedraal model voor kerken langs de route naar Santiago. Het bouwwerk heeft een basilicaal plan, met een schip, zijbeuken en een transept. Binnen ziet u rijk versierde kapitelen, schilderingen en beeldhouwwerk van Bijbelse taferelen. In de kruisgang van de kathedraal zit het
Museo Diocesano. In dit museum zijn hoofdzakelijk fresco's en muurschilderingen te zien. Vlakbij de kathedraal staat de
Ciudadela. Deze 16de-eeuwse citadel werd gebouwd door koning Filips II. Dit is één van de twee vijfhoekige citadels in Europa. Ruim 1 km ten westen van het centrum vindt u de
Puente de San Miguel. Deze 15de-eeuwse brug is 96 m lang en werd gebruikt door pelgrims op weg naar Santiago de Compostela.
Omgeving
Ruim 10 km ten zuidwesten van Jaca ligt het
Monasterio de San Juan de la Peña. Dit imposante klooster is deels verscholen onder een overhangende rots. In de 9de eeuw vestigden zich hier kluizenaar-monniken, op de vlucht voor de Moren. De kern van het klooster bestaat uit twee verdiepingen. De onderste is een in de rots uitgehouwen crypte uit de 10de eeuw. De bovenste omvat een 11de-eeuwse kerk, deels uitgehouwen in de rotsen. Het klooster heeft verder nog twee kapellen, een kloostergang en een koninklijk pantheon.
De kathedraal van Huesca /
Bron: SergioPT, Wikimedia Commons (Publiek domein) Huesca
Huesca werd in de 1ste eeuw v.Chr. gesticht door de Romeinen en is nu de provinciehoofdstad. De stad heeft een aantal historische bezienswaardigheden, maar is ook een prima uitvalsbasis om de Pyreneeën te verkennen.
In het centrum van de oude stad staat de
Catedral. Deze gotische kathedraal werd gebouwd tussen de 13de en de 16de eeuw. Voor de westgevel bevindt zich een bijzondere houten in mudejarstijl gebouwde galerij. De stervormige gewelven boven het schip zijn versierd met gouden rozen. Het albasten retabel van het hoofdaltaar (1533) is een meesterwerk van Damian Forment. Iets ten zuiden van de kathedraal staat de
Iglesia y Monasterio de San Pedro el Viejo. Deze kerk was oorspronkelijk een klooster uit de 12de eeuw. De kerk is ook een koninklijk pantheon. In een romaanse kapel staan de graftomben van de koningen Ramiro II en Alfons I de Strijdvaardige. Zij zijn de enige Spaanse vorsten die niet in de koninklijke kapel in San Juan de la Peña zijn begraven. De kerk heeft verder muren versierd met fresco's. De prachtige omgang heeft kapitelen die de rijkdom van de Aragonese romaanse kunst illustreren. In het noorden van de oude stad ligt het
Museo de Huesca. De collectie bestaat uit archeologische vondsten, fresco's en vroeg-Aragonese schilderijen.
Teruel
Na de reconquista bleven de moslims vreedzaam in Teruel wonen. Zij verfraaiden de stad met prachtige mudejararchitectuur. In 1986 werd het rijke mudejar-erfgoed op de Werelderfgoedlijst van Unesco geplaatst.
In het centrum staat de Catedral de Santa María de Mediavilla. De bouw van deze kathedraal begon met de 13de-eeuwse toren in mudejarstijl. In de 16de eeuw werd de kathedraal vergroot. In de 17de eeuw werd er een koepel en een kooromgang aan toegevoegd. Het 14de-eeuwse cassetteplafond van de kathedraal is gemaakt in mudejarstijl. Vlakbij de kathedraal ligt het
Museo Provincial. Dit is één van de mooiste musea van Aragón en is gevestigd in een paleis. De
voormalige stallen tonen werktuigen en voorwerpen uit de regio. Een verdieping is gewijd aan
pottenbakkerij, een ambacht waar Teruel om bekend stond. Verder toont het museum
archeologische verzamelingen, van de prehistorie tot en met de Arabische cultuur. Ook is er een afdeling waar
Romeinse mozaïeken te zien zijn. In Teruel zijn ook torens in mudejarstijl gebouwd. Er zijn vijf torens overgebleven, waarvan sommige dienst deden als stadspoort. De mooiste zijn de
Torre de San Salvador en de
Torre de San Martín, beide daterend uit de 14de eeuw. Het gevarieerde metselwerk van de San Martín is versierd met blauw en groen keramiek.
De Aragonese keuken
De Aragonese keuken is eenvoudig en voedzaam. Aragón is door land omsloten en daarom ligt de nadruk op vlees. Veel gebruikte vleessoorten zijn lamsvlees, varkensvlees, konijn en kip. Er zijn ook veel vleeswaren, waaronder ham en worst. Deze worden vaak gebruikt in de stoofpotten van het bergachtige noorden. Forel, paling en kabeljauw staan vooral op plaatselijke menu's. In de Aragonese keuken worden ook veel groenten gebruikt, vooral asperges, artisjokken, tomaten en paprika.
Een Aragonees gerecht dat vooral in het noorden wordt gegeten is
lentejas al estilo del Alto Aragón (linzen met knoflook, blokjes ham en bloedworst). Typische kost uit de Pyreneeën is
pollo al chilindrón (kip met ui, tomaten, paprika en ham). Voor liefhebbers van vis is er
bacalao al ajoarriero (kabeljauw met aardappelen en ui).
Het oude Arabische erfgoed is nog steeds te proeven in de heerlijke plaatselijke zoetigheden, zoals de gekonfijte vruchten. Er zijn ook desserts met Arabische invloed, waaronder
guirlache. Dit zoete dessert is gemaakt van amandelen en boterkaramel.
Klimaat
In Aragón kan men verschillende klimaten onderscheiden. In de Pyreneeën heerst een hooggebergteklimaat, met koele zomers en koude winters. Er valt veel neerslag, een aantal maanden per jaar in de vorm van sneeuw. Vlak ten zuiden van de Pyreneeën heerst een zeeklimaat, met milde zomers en milde winters, en veel neerslag. Het midden en zuiden van Aragón hebben een semi-droog klimaat. Dit wordt gekenmerkt door een gematigd mediterraan klimaat met invloeden van een gematigd landklimaat. De zomers zijn heet, de winters koud en er is weinig neerslag. De gemiddelde maximumtemperatuur voor geheel Aragón is in de winter 10 graden en in de zomer 31 graden.
Sportactiviteiten
In Aragón, en dan met name in de Pyreneeën, zijn het hele jaar buitenactiviteiten mogelijk. 's Zomers zijn wandelen, fietsen en klimmen populair. Maar u kunt ook abseilen, zwemmen en aan wildwatersporten doen. 's Winters maken skiërs dankbaar gebruik van de talloze pistes. In Aragón zijn meerdere locaties waar u al deze sporten kunt beoefenen.
Parque Nacional de Ordesa
Het nationale park Ordesa is favoriet bij wandelaars en bergbeklimmers. Iedereen met een redelijke conditie kan de goed aangegeven paden volgen. Voor sommige bergroutes is een klimuitrusting nodig. Informatie over routes kunt u krijgen bij het bezoekerscentrum in
Torla. Men kan hier ook een gids huren die ervaren wandelaars meeneemt naar de omringende, 3000 m hoge toppen. De populairste bergtop van de streek is de
Monte Perdido (3355 m). Informatie over routes kunt u ook krijgen bij het plaatselijke toeristenbureau in
Bielsa, het oostelijk deel van het park. Het nationale park beslaat vier valleien:
Ordesa,
Añisclo,
Pineta en
Escuaín. In en rondom deze valleien kunnen wandelaars genieten van het spectaculaire berglandschap en pittoreske dorpjes. Ook kan men hier de vele planten- en diersoorten van dichtbij bekijken.
Sierra de Guara
De Sierra de Guara, ten zuiden van het park Ordesa, is een gebied waar vele activiteiten mogelijk zijn. Het is een paradijs voor wandelaars, fietsers, klimmers, speleologen en liefhebbers van wildwatersporten. De Sierra is vooral het onbetwiste centrum voor canyoning. Bij deze sport verkent u de kloven, klippen en rivieren door te wandelen, klimmen, abseilen en te zwemmen. Verhuurders zoals
Camping El Puente leveren wetsuits en ervaren gidsen. De meeste bedrijven en accommodatie bevinden zich in en om de mooie plaats
Alquézar.
Wintersportcentra
Er zijn ongeveer tien wintersportcentra in de Aragonese Pyreneeën. Eén van de populairste plaatsen is
Cerler. Dit dorp ligt in de Vallei van Benasque, aan de oostkant van de Pyreneeën. Cerler is het hoogste dorp in de Spaanse Pyreneeën. Het hoogteverschil bedraagt 1100 m en de pistes strekken zich uit over meer dan 60 km.
Candanchú, aan de westkant van de Pyreneeën, staat eveneens hoog aangeschreven. Men kan hier skiën en langlaufen met 65 km aan pistes. Het nabij gelegen
El Formigal heeft uitgestrekte open vlakten met 100 km aan pistes. Een stuk verder naar het zuiden, bij Teruel, ligt het kleine wintersportcentrum
Javalambre met 14 km aan pistes.
Vervoer
Bij Zaragoza ligt een klein vliegveld, 10 km ten westen van de stad. De luchthaven van Zaragoza is niet rechtstreeks vanaf Nederlandse luchthavens bereikbaar. Er zijn wel rechtstreekse vluchten vanuit Brussel. Er rijden bussen tussen de luchthaven van Zaragoza en het centrum van Zaragoza.
De trein is een goed alternatief voor het vliegtuig. Vanuit Nederland rijdt de
Thalys rechtstreeks van Amsterdam via Rotterdam en Den Haag naar Parijs. Vanuit Parijs rijdt de nachttrein/hogesnelheidstrein
ELIPSOS naar Barcelona. Vanuit Barcelona kunt u de
AVE-hogesnelheidstrein naar Zaragoza nemen.
De
AVE-hogesnelheidstrein rijdt ook van Zaragoza naar Madrid en van Zaragoza naar Huesca. Jaca en Teruel hebben ook een treinstation. Deze plaatsen zijn vanuit Zaragoza te bereiken met de treinen van de
RENFE,
Altaría,
Euromed of
Alvia.
Bussen zijn een handige manier om Aragón te verkennen. Een busnet verbindt alle grotere plaatsen in de regio. De volgende plaatsen hebben (anno 2018) een busstation: Zaragoza, Torla (het park Ordesa), Jaca, Huesca en Teruel.
De Spaanse Pyreneeën kunt u het best per auto bezoeken. Zaragoza ligt op een kruispunt van snelwegen. Snelwegen en hoofdwegen verbinden de belangrijkste steden met elkaar. Er zijn ook goede verbindingen met de rest van Spanje. Snelwegen verbinden Zaragoza met Baskenland, Navarra, Valencia, Barcelona en Madrid.
Lees verder