Australië: Whitsunday Islands
Vanaf Airlie Beach kan je de oversteek maken naar de Whitsunday eilanden per ferry. Een andere mogelijkheid is om met een zeilschip mee te gaan. Je kan zelf zeilen of je kan je laten zeilen door een schipper. Aangezien dit allemaal tot de mogelijkheden behoort, is het verstandig om te kiezen voor wat jij wil. Aangezien op elk eiland wel iets te doen is, zal je je hier niet snel vervelen.
Inhoudsopgave
De Whitsunday eilanden, let op: niet de Whitesunday eilanden, liggen ten oosten van Airlie Beach. Airlie Beach is dan ook het beginpunt van je reis over de Whitsunday archipel. Vlakbij Airlie Beach ligt de haven waar je met de ferry over kan steken en ligt de haven waar je een zeiltochtje kan boeken en een zeilboot kan huren.
De Whitsunday eilanden zijn vierenzeventig eilanden. Van deze vierenzeventig eilanden zijn er acht bij uitstek geschikt voor toeristen, de rest is onbewoond. De onbewoonde eilanden mag je wel betreden en je mag er overnachten, maar er zijn dan ook helemaal geen voorzieningen en het is daar allemaal puur natuur. De mooiste bezienswaardigheden liggen dan ook op de eilanden waar wel resorts en hostels staan.
De Whitsunday eilanden heten zo, omdat ze ontdekt werden tijdens Pinksteren. In het Engels is Whitsunday pinksteren, dus het is een verwijzing naar de dag waarop ze ontdekt zijn. De eilanden werden ontdekt door James Cook, die overigens meer plekken ontdekte van Australië. Whitsunday eiland is het grootste eiland van de archipel. Dit eiland biedt genoeg overnachtingsmogelijkheden en heeft als toeristische trekpleister "Whitehaven beach". Whiteheaven beach is een spierwit zandstrand. Het belangrijkste eiland daarentegen is Hamilton eiland. Dit eiland is heel erg bebouwd, heeft een eigen vliegveld en is erg druk. Niet het leukste eiland voor een paar rustige dagen aan het strand, maar wel ideaal om naartoe te vliegen voor een verdere vakantie.
Een voordeel van Hamilton eiland is dat je er met elektrische golfkarretjes rond kan rijden. Waar het op de rest van de eilanden verboden is om met gemotoriseerde voertuigen (ook elektrische) rond te rijden, kan dat op Hamilton eiland wel.
Bezoeken van de Whitsunday eilanden
De eilanden bezoeken is niet heel erg moeilijk. Je rijdt met je auto richting "shute harbour". Vanaf deze haven kan je met de veerboot naar drie verschillende eilanden: Daydream eiland, South Molle eiland en Hamilton eiland. Eerste twee genoemde zijn vooral om gelijk te kunnen ontspannen en uitrusten, terwijl laatstgenoemde - Hamilton eiland - ideaal is om door te reizen naar andere eilanden. Je kan vanaf Hamilton eiland vrij gemakkelijk doorreizen naar andere eilanden, zoals Whitsunday eiland.
Je kan ook vliegen naar een van de eilanden, met een watervliegtuig zijn ze zelfs allemaal bereikbaar. Het enige vliegveld op de eilanden ligt op Hamilton eiland. Wel zou je kunnen vliegen naar Proserpine om vanaf daar naar de veerpont te gaan. Andere mogelijkheden zijn er eigenlijk niet, omdat het eilanden zijn.
Zeiltrips, zelf varen en niet zelf varen
Zelf zeilen is mogelijk de beste manier om de eilanden te ontdekken. Niet alleen kom je veel mensen tegen die zelf zullen zeilen of door een schipper worden rondgevaren, maar ook kan je bij alle eilanden komen en bij het koraal. Zelf zeilen heeft dan ook een aantal voordelen, alhoewel het wel handig is als één van de personen aan boord ervaring heeft. Zo niet, is het nog niet zo een groot probleem, omdat het zeewater heel erg rustig is.
Een zeilboot met schipper huren en een zeilboot zonder schipper huren kan vrij gemakkelijk in Abel Point Marina. Deze haven is de toegangspoort tot de Whitsunday eilanden voor zeilers. Op minder dan een kilometer van Airlie Beach kan men hier zelfs heen lopen. Je kan hier kiezen tussen zelf dus een boot huren of een boot met schipper. De boot met schipper is voor meer personen, vaak twaalf tot vijftien, terwijl je eigen zeilschip voor ongeveer vijf personen is. Kosten variëren niet heel erg sterk tussen verschillende rederijen, alhoewel het wel nog iets kan schelen. Heb je tijd genoeg, kijk dan rustig rond, dan bespaar je jezelf soms vijftig tot honderd dollar.
Overnachtingen op en rond de Whitsundays
Overnachten op de Whitsunday eilanden kan in resorts, hotels, hostels, hutjes, op de boot en op het strand. Resorts zijn uiteraard het duurste. Een voordeel van een resort is dat je in de watten wordt gelegd en er helemaal voor je gezorgd wordt. Hotels en hostels lopen hier door elkaar heen. Soms adverteren ze met dat ze een hotel zijn, maar zijn ze uiteindelijk een hostel. De kwaliteit is vaak voldoende, alhoewel sommige hostels zich erg op backpackers richten. In die hostels is de prijs lager, maar ook de kwaliteit is lager.
Hutjes zijn vrij duur, omdat ze privé liggen en privé zijn. Voordeel is de echte rust, je hoeft niks te doen behalve eten en ontspannen. Het grootste nadeel is het hoge prijskaartje. Je betaalt, met je groep, al gauw 150 tot 200 Australische dollar voor een nacht. Mocht je met een redelijke grote groep zijn, kan het aantrekkelijk zijn, maar anders kan je beter - prijstechnisch - in een hostel gaan zitten.
Je mag officieel niet overal kamperen, wat vrij logisch is. Je mag namelijk niet in of heel dichtbij een dorp kamperen. Als je wilt kamperen moet dit gebeuren op een van de campings of je moet een toestemming kopen dat je op een strand mag kamperen. In praktijk wordt er weinig gecontroleerd, maar de boete is vrij hoog: honderd Australische dollar per groep en je moet weg.
Natuur, zee en strand op de Whitsunday eilanden
Het grootste natuurverschijnsel is het "Great Barrier Reef". Dit rif ligt direct voor de kust van de Whitsunday eilanden en is één van de redenen waarom de eilanden zo populair zijn. Vlak voor het strand ligt al koraal, maar als je meer wilt zien kan je altijd een dagtour regelen. Vaak brengen ze dan iedereen weg voor het snorkelen en duiken en keer je gezamenlijk weer terug om te barbecueën.
De zee is helderblauw en nodigt daarom ook uit om te zwemmen. Wees toch voorzichtig, want vanaf oktober tot maart komen hier gevaarlijke kwallen voor, die zelfs dodelijk zijn. Verder zitten er haaien, schildpadden, walvissen en dolfijnen in de zee. Deze dieren mag je allemaal niet te dicht benaderen, vanwege gevaar, maar ook omdat bijvoorbeeld schildpadden erg zeldzaam zijn en niet verstoord mogen worden. Mochten ze op je af zwemmen, blijf dan kijken naar het dier. Dolfijnen zijn in principe niet gevaarlijk, maar kunnen wel gemeen bijten als ze dat noodzakelijk achten.
Het strand is op veel plekken enorm wit. Op die plekken is de kans ook groot dat je de papegaaivis tegen zal komen, want zijn uitwerpselen maken het strand zo wit. Doordat het strand wit is, wordt het minder warm en krijg je de typische plaatjes van idyllische eilanden.