Spanje - Costa Blanca
Costa Blanca klinkt voor de een als thuiskomen, voor de ander als ‘te mijden’. Maar eigenlijk hebben beiden ongelijk. Wij wilden meer dan ‘Dos Cervezas’ en vonden er langs de kust ook het echte Spanje.
Alicante
Voor veel vakantiegangers is Alicante niet meer dan de bestemming op hun vliegtuigticket. Nochtans heeft de stad aan de Costa Blanca best wat in de aanbieding.
Vijf tips in Alicante:
- Wordt het je te heet onder de voeten aan Playa del Postiguet, neem dan de tram naar San Juan, enkele haltes oostwaarts. Je vindt op het 7 km lange zandstrand meer ruimte, meer rust en hetzelfde aanbod.
- De Fallas in Valencia mogen dan meer bekendheid genieten, in Alicante vieren ze met evenveel vuur eind juni het naamfeest van San Juan, als prelude op de zomer. Metershoge creaties, gemaakt uit papier-mache, nemen dan vier dagen lang de stad in. In de nacht van 24 juni worden alle constructies, het resultaat van vele maanden werk, onverbiddelijk verbrand. Enkel de winnende ninot, een kleinere afgeleide van de reusachtige figuren, ontspringt de vlammen en krijgt een plaatsje in het Museu de Fogueras. Rambla de Méndez Núñez 29, www.alicante-ayto.es, gratis toegang.
- Discreet maar alleraardigst. De twee gezelligste pleintjes van de stad vind je vlak bij elkaar en op slechts enkele stappen van de strandboulevard. Op het Plaza Gabriel Miro klatert een jongedame tussen het uitwaaierende groen, op Portal de Elche houdt de kiosk-bar Soho het midden.
- Er zijn drie manieren om het kasteel van Santa Barbara, dat boven de stad uitsteekt, te bereiken: langs de autoweg die achterom naar boven loopt, via een heuse lift of te voet. Vergeet de eerste twee. Je klim wordt beloond met een onverwacht stukje authentiek Spanje als je het pad door de oude wijk Santa Cruz neemt. Casitas met eigennamen in tegeltjes, balkons vol geraniums en rondscharrelende oudjes en hun huisdieren.
- Nog zo’n must in Alicante: de Mercado Central. Dit modernistisch geïnspireerde gebouw schaft van maandag tot zaterdag een overvloed aan blozend fruit, glimmend verse vis en plakken vlees, geëtaleerd in ontelbare kraampjes en met luide stem aangeprezen door de bijhorende verkopers. De deuren zwaaien open om halfacht.
Elche
Behalve dat het een sympathiek stadje is, zijn er nog twee redenen om een uitstap naar Elche te maken:
palmbomen en schoenen.
- Maar liefst tweehonderdduizend palmen staan er op het grondgebied van de stad, daar gepoot door de Moren. En dat bleek voor Unesco speciaal genoeg om het geheel als werelderfgoed te verklaren. Een wandelroute van bijna drie kilometer leidt langs de belangrijkste boomgaarden. Wacht op de avondschemer, wanneer de laatste zonnestralen door het hoge groen priemen.
- En die schoenen? Als je van al dat stappen pijnlijke voeten hebt gekregen, weet dan dat er in de omgeving van Elche meer dan duizend schoenproducenten gevestigd zijn. Je vindt in de stad dus vast wel je gading. Niet toevallig werd hier ‘Tacones Lejanos’ (letterlijk: verre hakken) van de bekende Spaanse filmregisseur Pedro Almodovar opgenomen.
Tip: Bezoek ook de Tuin van d' Priester, waar je zo’n honderd varianten van de palmboom verzameld ziet – met als pronkstuk de zevenarmige ‘Imperial’, een waar unicum. Aan de overkant van de straat ligt het gelijknamige hotel, dat letterlijk een verademing biedt. Hier geen lange gang met deuren links en rechts, maar 81 vrijstaande bungalows op een natuurlijk tapis-plain en verholen onder het bladerdek. In diezelfde oase vind je restaurant Els Capellans, een stijlvolle, rustgevende plek waar je uitstekende mediterrane gerechten voorgeschoteld krijgt. Probeer zeker een typische rijstschotel.
Porta de la Morera 14, www.huertodelcura.com.
Altea
Het lijkt wel alsof Benidorm nooit anders dan een uitgedijde schare flatgebouwen is geweest, maar wie enkele kilometers verder rijdt, vindt er Altea, een schattig, wit vissersdorp zoals ‘Beni York’ er ook moet hebben uitgezien in zijn vroegere jaren. Al teert men ook hier nu voornamelijk op het toerisme, aan charme heeft het stadje niet moeten inboeten. Steile, met keien geplaveide straten, witte gevels met krullig smeedijzer, pittoreske steegjes, gemoedelijke terrasjes, een glanzende blauw-wit betegelde kerktoren en uitzicht op zee – wat wil je nog meer?
Toeristische info
Spaanse Dienst voor Toerisme, tel. 02/280.19.26 of 29, bruselas@tourspain.es