De Rakiura Track op Stewart Island, Nieuw-Zeeland
Nieuw-Zeeland is één van de mooiste landen ter wereld om de natuur in te trekken. Het land heeft een goed onderhouden netwerk van ééndaagse en meerdaagse wandelingen. Van die laatste zijn de meest populaire de ‘Nine Great Walks’. Deze negen routes zijn verspreid over het hele land te vinden en zijn goed bewegwijzerd. De paden worden altijd goed onderhouden en zijn daardoor over het algemeen veilig om te belopen. Eén van deze negen wandelingen is de 32 kilometer lange Rakiura Track, die zich helemaal in het zuiden van Nieuw-Zeeland bevindt, op een eiland nog onder het Zuidereiland: Stewart Island. De route wordt normaal gesproken gelopen in drie dagen, hoewel je ook het langere circuit van zo’n tien dagen kunt doen. Op Stewart Island heb je een goede kans om de kiwi te spotten, maar ook herten komen er veel voor. Zelfs als je deze dieren niet ziet onderweg is het eiland nog een perfecte plek om tot rust te komen.
De Rakiura Track in drie dagen
Deze track is een rondwandeling, dus je kunt in principe beide kanten op lopen. Dit kan soms goed uitkomen als er gepuzzeld moet worden met de beschikbaarheid van de hutten. Er zijn twee hutten waar je kunt overnachten, de
Port William Hut en de
North Arm Hut, en bij beide kan eventueel ook gekampeerd worden. Je bereikt het eiland met de veerboot die vanuit Bluff vertrekt, of met een vliegtuigje vanuit Invercargill.
Dag 1: van Oban naar Port William Hut
De eerste dag is de wandeling vrij vlak. Je kunt vanuit Oban naar de start van de route lopen, bij
Lee Bay aan de kust. Daar begin je de wandeling bij een beeld dat is geplaatst ter herinnering aan de oprichting van
Rakiura National Park. Vanaf hier volg je de kust door het bos, met uitzichten op zee. Je komt aan bij
Maori Beach, nadat je om het puntje van
Peter’s Point heengelopen bent. Vanaf daar wandel je over de stille, brede stranden naar een hangbrug die je weer op een bebost stuk kustpad brengt. Dan is het heuvelaf naar
Magnetic Beach en Port William Hut.
Port William Hut
Deze hut ligt op een open plek aan de baai. Er zijn 24 bedden beschikbaar en je kunt er kamperen. Vanaf de hut kun je naar het bijbehorende strandje lopen en daar eventueel zwemmen, of genieten van de zonsondergang. Het schijnt dat de beste kans om ’s avonds en ‘s nachts kiwi’s te zien bij deze hut rond de toiletten is, die zich aan de bosrand bevinden.
Dag 2: van Port William Hut naar North Arm Hut
De tweede etappe van de track steekt het eiland over naar de andere kust. Je loopt door bossen met veel mos en varens. Onderweg kom je oude machines tegen die vroeger gebruikt werden om grote gekapte bomen uit de vallei de heuvel op de krijgen. Onderweg kom je ook langs de zogenaamde
Halfway Tree, een boom waaraan een grote bol is gehangen die je laat weten dat je officieel halverwege de track bent. Uiteindelijk leidt de route je naar North Arm, dat vroeger een belangrijke voedselverzamelplek was voor de Maori.
North Arm Hut
Deze hut heeft ook weer 24 bedden en een mogelijkheid om te kamperen, maar voelt kleiner aan dan Port William Hut. Dat kan komen omdat de hut meer aan de bosrand ligt en zich dus niet zo in de open ruimte bevindt. Je hebt wel een prachtig uitzicht op de baai en ’s nachts kun je kiwi’s en andere dieren horen. Als je je naar buiten waagt in het donker kun je ze misschien zelfs zien!
Dag 3: van North Arm Hut naar Oban
Op deze derde dag loop je langs de kust terug naar het plaatsje Oban, waar de veerpont is. Je komt onderweg langs afgelegen baaitjes waar je vogels op beestjes kunt zien jagen bij laag water, bijvoorbeeld in
Sawdust Bay. Verderop kun je bij
Kaipipi Bay vanaf een klein uitstekend stukje land een prachtig uitzicht bewonderen op deze stille baai. Je loopt daarna verder door het bos, maar wel met uitzichten op zee. De wandeling eindigt officieel wanneer je de weg op loopt, maar het is vanaf daar nog zo’n twee kilometer terug naar Oban.