Picos de Europa - uniek wandelparadijs, Spanje
Picos de Europa, een uniek wandelparadijs, een must om te bezoeken voor natuurliefhebbers, avonturiers, wandelaars, bergbeklimmers en iedereen die gepassioneerd raakt door de natuur. Onder Asturië, Cantabrië en León staan als wachters deze majestueuze Picos de Europa, het eerste nationale park in Spanje met meer dan 65.500 hectare grond. Bergen, bossen, rivieren, bronnen en meren hebben elk een eigen aantrekkingskracht op deze bijzonder omgeving, waar volgens de legenden kabouters, feeën en andere mythologische wezens wonen die zorg dragen voor de magie in alle uithoeken van het park. Los van de mythes, is deze natuurlijke omgeving de thuisbasis van een rijke variëteit aan dieren en planten op het Iberisch schiereiland.
De magie van de Picos de Europa
Wat is dat toch dat bergen ons zo boeien en we er “verliefd” op kunnen worden? Deze bergen hebben een natuurlijke aantrekkingskracht op natuur liefhebbers, wandelaars en bergbeklimmers. De
magie van Los
Picos de Europa is haar immense schoonheid en positieve energie. Je maakt een verbinding met de omgeving, je proeft het landschap, luistert naar het gefluister van de dieren en voelt de wind je stappen vooruit duwen.
De
Picos de Europa zijn in de volksmond niet echt bekend door hun hoogtes, die tot 2.648 meter reiken, maar meer door de enorme verticaliteit van haar rotsen vanaf de grond. De moeilijkheidsgraad van deze bergen en de benodigde technische expertise van bergbeklimmers, maken dit massief de ideale “oefenberg” voor de beklimming van de grotere bergen, zoals de Himalaya.
Het Landschap
De
Picos de Europa zijn een massief van de Cantabrische gebergten, in Noord-Spanje, waar berghellingen bedekt zijn door Atlantische bossen en valleien baden in meren en rivieren. In 2003 gaf de UNESCO het nationaal park de status van biosfeerreservaat.
De
Picos zijn verdeeld in drie vrij groot verschillende massieven dankzij de rivieren Deva, Duje, Cares en Sella, die elk van de drie massieven afbakenen en scheiden. In het westelijke deel van de
Picos de Europa bevindt zich het westelijke massief of de Cornión. De Cornión is het uitgebreidste massief van de drie met la Torre Santa (de Heilige Toren) (2596 m) als hoogste top. Dit massief was een van de eerste nationale parken in Spanje (22 juli 1918) en nu uitgebreid tot een set van drie massieven.
In het gebied grenzend aan het oosten, begrensd door de rivier de Cares, vinden we het centrale massief of Urrieles. De hoogste top van de berg, is Torrecerredo (de Gesloten Toren) (2646 m). Maar ongetwijfeld, is de bekendste en meest karakteristieke piek van alle drie massieven el Pico Urriellu, beter bekend als naranjo de Bulnes (2518 m). De eerste beklimming dateert uit 1904 en was het begin van de geschiedenis van het bergbeklimmen in Spanje. In het oosten begrensd door de rivier Duje bevindt zich het oostelijke massief of Andara. Dit massief is het minst uitgebreid van de drie, met gematigde hoogtes, bereikt de piek Lechugales Morra een hoogte van 2444 m.
De geschiedenis
Het ruige landschap van de
Picos de Europa, haar bergen, rotsen en pieken zijn altijd een veilige haven voor haar inwoners geweest, die vanaf hier onneembaar waren voor indringers. Al in het Boven-Paleolithicum (tussen 35.000 en 10.000 jaar oud), verscheen de menselijke species op het toneel. In deze periode werd voornamelijk gejaagd en de grotten dienden als schuilplaats. Dit blijkt uit de aanwezigheid van veel grotten met paleolithische rotskunst op het schiereiland. In het Neolithicum, weet de mens de eerste herbivoren te temmen en leert hij het land te bewerken. Zo ontstonden de eerste kolonisten van de
Picos de Europa.
Tussen de tweede en eerste eeuw voor Christus kwamen de Keltische volkeren. Dit waren de oude bewoners van deze bergen, gevoelig voor de vergoddelijking van verschijnselen en de elementen van de natuur. De "Mons Vindius" was hun God, eigenlijk was het niemand minder dan de "Mont Blanc", verwijzend naar de witachtige kalkstenen kliffen opdoemend in het Midden-en West-massief. Beschut door hun god van steen, waren de volkeren van Asturië en Cantabrië onoverwinnelijk.
Zeven eeuwen later (711), kwamen de Arabieren en de rotsen boden weer bescherming aan de Asturianen. Zo kon, Don Pelayo, met een klein leger tussen de bossen en rotspartijen, het islamitische leger verslaan. Dit is de beroemde slag van Covadonga (VIII eeuw). Een proces was gestart dat meer dan 600 jaar zou duren, dat bekend stond als de Reconquista (Herovering).
Doorheen de Middeleeuwen verschijnen kerken en kloosters en werden kleine dorpjes opgericht en wegen gebouwd rond de Picos de Europa.
In deze contreien berustte het leven op jacht en veeteelt. De wilde dieren waren zo overvloedig dat zelfs tot in de zestiende eeuw de mannen van Abamia naar de kerk gingen gewapend met speren. Vanaf toen tot onze eeuw, zijn door het geografische isolement veel tradities en landschappen ongewijzigd gebleven.
Overige informatie
De meren Enol en Ercina vormen de Lagos de Covadonga, die hun wateren opvangen in gebeeldhouwde bekkens ontstaan door glaciale erosie. Je komt er via Cangas de Onis, en vanaf haar rustige oevers kun je van een uniek landschap genieten.
De uitkijkpunten Ordialeso en Fuente Dé geven je het beste uitzichten op de
Picos de Europa. De toegang tot Fuente Dé gaat via een kabelbaan, waar een hoogteverschil van 800 meter in 5 minuten wordt overbrugd. Steil langs de rotswanden ga je omhoog en boven word je getrakteerd op ongelofelijke vergezichten op de hoogste toppen van het Centraal Massief. Het uitkijkpunt van Ordialeso is het best te bereiken via een pad vanaf de Lagos de Covadonga, waar het dal van Angón is te bezichtigen.
Vanaf beide uitkijkpunten zijn geweldige wandelingen,met een totale duur van circa 6 uur te maken, waar je van de meest karakteristieke landschappen van het Nationaal Park kunt genieten.
Voor wandelaars is de Ruta del Cares een hele interessante route. Een weg gesneden in de rotsen langs spectaculaire kloven verbindt de locaties van Cain (Leon) en Poncebos (Asturias) langs 12 kilometer.