Reisverslag Nieuw-Zeeland: Noordereiland

Reizen in Nieuw-Zeeland: het Noordereiland
In dit reisverslag starten we op het Noordereiland, waar we ongeveer twaalf dagen rondtoeren, van boven naar beneden.Van Auckland via Rotorua naar Tongariro NP
We vliegen met Singapore Airlines op Auckland, met een tussenstop (en daghotel) in Singapore. Auckland is klein en knus en doet wat Amerikaans aan. Camper opgehaald en op pad; we dachten met 6 meter een niet al te grote camper te hebben maar het rijden is hier anders dan bijvoorbeeld in Amerika of Canada. De wegen zijn een stuk smaller en je moet links rijden – even wennen dus.We rijden via Hamilton naar Rotorua (ongeveer 230 km). Dit is een gebied met geisers en hete modderbronnen. Je ruikt daardoor op veel plaatsen een lucht van rotte eieren. We kamperen op camping Lake Rotorua, met uitzicht over het meer zoals de naam al doet vermoeden.

Op weg naar Tongariro via Taupo (ca 200 km) langs Huka Falls, een spectaculaire waterval. Hier maken we voor het eerst kennis met de bijzondere turkooisachtige blauwe kleur van het water; deze ontstaat omdat het water zó helder is dat blauw licht gereflecteerd wordt. Een leuke korte wandeling is de ‘river walk’.
Tongariro NP ligt aan de zuidkant van Lake Taupo. Het park heeft drie actieve vulkanen: Ruapehu (met 2797 meter het hoogste punt van het Noordereiland), Tongariro en Ngauruhoe, de meest actieve vulkaan en onder liefhebbers van de Lord of the Rings films vooral bekend als Mount Doom! We kamperen op de Discovery Lodge in Whakapapa, een prachtige ruim opgezette camping met spectaculaire uitzichten op de vulkanen.

We verhuizen van Whakapapa naar Okahune, een verlaten skidorp aan de rand van Tongariro NP.
Van Tongariro naar Wanganui en Wellington
Het is maar 106 km van Okahune naar Wanganui, maar het is zoals de Engelsen zeggen ‘pretty hairy’ oftewel een pittig ritje. Smalle bergwegen met overhangende rotsen waar je elkaar – en de rotsblokken – maar net kunt passeren, geen pretje met onze toch vrij forse camper! Gelukkig komen we onderweg langs een schattige teamroom met Schotse eigenaren, waar we kunnen uitrusten en genieten van – alweer – prachtige uitzichten.De camping bij Wanganui is ruim en mooi en het plaatsje lijkt ons heel gezellig – ware het niet dat alles, zelfs het visitor centre, dicht is op zaterdagmiddag! Gelukkig is het mooi weer en genieten we van de ouderwetse stoomboten op de rivier.
Op weg naar Wellington (ca 200 km), een veel gemakkelijker tocht op brede wegen. In de stad zijn geen kampeerfaciliteiten voor campers helaas dus we verblijven buiten de stad bij Lower Hutt, een soort industrieterrein lijkt het wel. Gelukkig zijn we met de bus zó in Wellington, een hele gezellige stad met veel hoogteverschillen. We gaan met de kabelbaan omhoog naar de botanische tuinen. Een aanrader is het Te Papa museum of New Zealand.
Onze tijd op het Noordereiland zit erop, we gaan de oversteek naar het Zuidereiland maken per veerboot naar Picton. Het is hier prachtig en ruig, en we vertrekken met het gevoel dat er nog heel veel meer mooie dingen te zien zijn.