Budapest anders bekeken: 10 km ochtendjoggen
Budapest is één van de mooiste steden ter wereld. De hoofdstad van Hongarije bestaat uit twee aparte stadsdelen: Buda, op de rechter oever van de Donau en Pest aan de andere kant. De geschiedenis van de stad gaat meer dan tweeduizend jaar terug en de rijkdom aan mooie gebouwen is een verleiding voor elke fotograaf. Een aantrekkelijk aanbod aan shopping, restaurants en hotels maken de citytrip compleet. Je kunt je reis best wat voorbereiden en wat opzoekingswerk doen. Het gemakkelijkste is een begeleide stadswandeling, een bustoer of een boottrip op de Donau. Maar voor de sportievelingen is het een leuke uitdaging om de stad al lopend te verkennen. Dan kun je in snel tempo de mooiste plekjes bezoeken en met je smartphone toch wat leuke foto’s nemen.Pest
Tot in 1873 bestonden Pest en Buda als aparte steden. De naam Budapest is letterlijk het samenvoegen van de steden Buda en Pest. Pest, commercieel altijd al belangrijk, is het oudste stuk. Al 400 jaar voor Christus woonden er Kelten, daarna kwamen de Romeinen, de Hunnen, de Magyaren, de Mongolen en zo kun je nog wel een tijdje doorgaan. Het is altijd al een interessante plaats geweest om te wonen, je hebt het water, een vlakke grond en een goed klimaat.Ook nu nog is Pest het commerciële gedeelte van de stad. Vlakbij de Donau kun je naar hartenlust shoppen: de Andrassy boulevard is de belangrijkste laan van de stad. In de vele zijstraatjes vind je heel leuke restaurantjes waar je voor heel weinig geld lekker kunt eten. Bijvoorbeeld op het Ferenz Liszt plein. Tripadvisor vindt dit aan de dure kant, maar toch vind je heel wat voor weinig geld. Op het einde van de Andrassy boulevard heb je het schitterende Heldenplein, waar je in vogelvlucht de grote namen van de Hongaarse geschiedenis ziet, zoals Arpad, de stichter van het land en de Heilige St Istvan, de eerste Koning der Hongaren. Ook de gebouwen rondom het plein zijn heel mooi. Je hebt het Museum voor Kunst en het Vajdahunyad kasteelt. Vlakbij vind je de thermische baden in de bekende kuuroorden. Het Széchenyibad heeft jaar in jaar uit bronwater uit een 900 meter diepe put, met temperaturen van 73,5°C tot 77°C.
Vertrekpunt: het hart van Pest
Pest heeft nog een paar mooie gebouwen met de grandeur van vroeger, waarvan er vele nu als hotel dienst doen. Zoek maar eens het Four Seasons Hotel op, met zicht op de Donau. Grandioos. Er zijn nog meer mooie gevels, vooral uit de tijd van de machtige Oostenrijkse-Hongaarse dubbeldynastie. Keizerin Sissi was heel vaak te gast in Budapest. In het Ma Maison Andrassy hotel, vlak aan de Boulevard heb je kamers die gigantisch groot zijn en ook ontzettend hoog. Grandeur van de 19de eeuw, en schitterend gerenoveerd. Of dan weer het redelijk nieuwe Marriott Courtyard. Luxe voor een betaalbare prijs. Vanuit het hotel loop je direct richting Donau, eerst via de drukke Joszef en Ferenz Boulevard, waarna je richting Donau loopt.
Buda
Meteen de brug over, naar Buda. Aan de rechteroever van de Donau ga je meteen de heuvels in. Door de hoge ligging uiteraard de beste plaats om te verdedigen. In de woelige 13de eeuw verkoos Koning Béla IV het kasteel van Buda, Budavàr, als zijn eerste verblijfplaats. Vàr betekent kasteel in het Hongaars, nuttige om weten. Uiteraard verkoos ook de gewone bevolking de veiligheid en kwam in de nabijheid van deze vestiging wonen. En dat was het ontstaan van de stad Buda. De hele rechteroever is net één grote citadel. Van op de Gellert Heuvel heb je een heel mooi zicht op de oude stad. Langs het water lopend kom je toch onder de indruk van een paar staaltjes van bouwwerken uit de communistische tijd. Overal in de stad merk je de invloed van de Sovjet overheersing, met bombastische gebouwen en metershoge standbeelden, zoals hier, het Vrijheidsmonument.De Ketting brug
Op naar de bekendste brug van allemaal, de Kettingbrug. Erzébeth Hid in het Hongaars. En dan val je van de ene verbazing in het andere. Je staat hier echt in het midden. Met je rug naar Pest zie je links op de heuvels het oude Koninklijke paleis. Merkwaardig genoeg heeft het nauwelijks de kans gehad om een koning te huisvesten, de politiek was sneller dan de bouwmeesters. Volgens Hongaarse bronnen is er nu toch sprake om delen van dit mooie paleis toch in dienst te nemen, onder andere de president zou er zijn intrek in nemen. Direct daarna heb je het sprookjesachtige vissersbastion, met de Mathiaskerk. Ronduit prachtig en zeker de moeite om er eens rond te lopen. Ook al omdat je van daar een schitterend panorama hebt op Pest, het stadsdeel met het parlementsgebouw. Ook ’s avonds absoluut aan te raden.
Het parlementsgebouw
Je hebt het al gemerkt, de Hongaren hebben een roemrijk verleden en wilden voor niets of niemand onderdoen. Dit parlementsgebouw doet je toch aan Londen denken. In de 19 de eeuw ging het heel erg goed in Hongarije en ze wilden de Engelsen de loef af steken, en laat ons wel zijn, dit beeld zie je in elk boekje over Hongarije of Boedapest. Het moet gezegd, het gebouw is prachtig onderhouden en laat zowel overdag als ’s avonds een onweerstaanbare indruk voor elke fotograaf, amateur of professional. Na het parlementsgebouw kom je weer de stad in via de drukke winkelstraten en de vele statige koffiehuizen. De aristocraten van het einde van de 19de eeuw hadden een grote voorliefde voor het sociaal gebeuren rond het kopje mokka of espresso, en dit vind je in vele grote steden nog terug. In Wenen, Warschau, en eigenlijk ook overal in Duitsland heb je nog vele etablissementen, al dan niet met een uitgebreid assortiment aan gebakjes.