Reisverslag vakantie Cuba: fly-drive 15 dagen
Cuba is een eiland van 11.000 km2, met 11.451.170 inwoners. Het ligt in het Caribische gebied, 200 km ten zuiden van Florida. De noordkust grenst aan de Atlantische Oceaan en de zuidkust aan de Caribische Zee. Cuba maakt deel uit van de ‘Grote Antillen’, met onder meer Puerto Rico, Jamaica, de Bahama’s en Hispaniola (Haïti en de Dominicaanse Republiek samen). Het land is bekend vanwege haar rum, salsa, mojitos, sigaren, Fidel Castro en het communisme, maar al reizende beseft men dat Cuba veel meer is dan dat. Het landschap is groen met uitgestrekte vlakten, valleien en ook bergachtige gebieden. Er zijn veel koloniale bezienswaardigheden en de sporen van ooit gewezen slavernij en verwoestte steden zijn overal te vinden. De temperatuur is heerlijk. Je voelt je er veilig en de Cubanen zijn hartelijk.
Havana
Havana, de hoofdstad van Cuba, heeft drie miljoen inwoners. Voor de Spanjaarden was het een belangrijke havenstad. In de oude binnenstad van het Spaans koloniale Havana, met forten, barokke kerken en paleizen, komen de jaren vijftig weer tot leven. Wij maken een city tour, maar er is ook de mogelijkheid gebruik te maken van goedkope fietstaxi’s en koetsen. Op onze eerste dag raken we in gesprek met twee Cubaanse mannen die ons aanbieden de mooie plaatsen van hun land te tonen. Na een korte aarzeling accepteren we het. We hebben al begrepen dat Cuba een veilig land is en met op bijna iedere hoek van de straat agenten, wordt deze indruk bevestigd. Voor slechts een maaltijd zijn de mannen bereid de hele dag rond te toeren. Maar natuurlijk geven we ze ook wat geld en dat wordt dankbaar in ontvangst genomen.
Met de ‘Hershey train’ reizen we vanaf het Havana-Casablanca station naar de leuke stad Mantazas waar we strand, moerassen en krokodillen zien.
We maken een mooie rit langs tabaksplantages en door de Yumuri-vallei. Stel je geen Europese trein of stations voor. Het tempo ligt laag en comfort is ver te zoeken maar het is een mooie tocht over glooiende heuvels en door boerendorpjes. We brengen een bezoek aan een suikerfabriek. 's Avonds wachten onze Cubaanse vrienden ons al op. Ze weten een goed adres om te eten. Toch weer een weifeling maar we gaan met hen mee, de kleine straatjes van Havana door. Na een korte wandeling, wijst een van hen naar een armoedige woning en we gaan naar binnen. Een familie Cubanen heet ons welkom. De tafel is al gedekt en de maaltijd waarbij heel veel verse vis wordt geserveerd, is werkelijk heerlijk. Na afloop worden er sigaren gepresenteerd en komen de flessen rum op tafel. Alles was perfect maar de rekening was gepeperd.
Van Havana met de veerboot vanaf fort Real Fuerza (1558) naar Regla en Afro-Cubaanse culten. Niet erg toeristisch en de moeite waard.
We bezoeken ook Las Terrazas, een door Unesco beschermd eco-project/bergketen en Soroa (Cordillera Guaniguanico), een bio reservaat. Na deze bezienswaardigheden reizen we verder en tien kilometer ten oosten van Havana bereiken we het vissersdorp Cojima, vooral bekend door de schrijver Hemingway. Op de weg daar naar toe passeert men Estiadio, een reusachtig stadion opgezet voor de pan-Amerikaanse spelen.‘s Avond gaan we naar het Cabaret Tropicana (zoiets als de Moulin Rouge).
Tickets via internet €150, maar ter plaatse 75 CUC. Het theater is gelegen in de wijk Mariana, ongeveer tien kilometer van Havana, waar ook de bekende oude renbaan Oriental Park is gelegen. Er worden helaas geen paardenrennen meer georganiseerd maar er zijn wel op diverse plaatsen simultaan-uitzendingen van hondenrennen te zien.
Een idee is om van Havana via Surgidero de Batabano en eventueel vanaf daar met een veerboot (Terminal Kometa) naar Isla de la Juventud (het eiland waar Castro gevangen zat) te gaan maar we hebben jammer genoeg geen tijd. Een reistip is andere eilanden zoals Cayo Largo te bezoeken. Cayo Largo is echter zeer toeristisch en men treft er vooral all-in resorts. De hotels die wij tijdens onze reis aandoen zijn correct maar verwacht niet de luxe zoals wij die kennen. De hotels zijn sober maar gemiddeld wel schoon.
Van Havana naar Pinar (145 km) en Trinidad (500 km)
Vanuit Havana rijden we via Las Terrazas en Soroa naar Pinar. Een gebied met sparrenbossen, grotten en watervallen. Van Pinar gaan we richting Trinidad via Vinales (Cayo Levisa). Pinar is bekend om haar tabakscultuur en het is leuk om een plantage te bekijken, te zien hoe de tabak gedroogd wordt en de sigaren worden gemaakt. De Valle de Vinales zijn interessant vanwege de kalksteenheuvels –mogotes- en het sprookjesachtige landschap doet aan Jurassic Parc denken. We komen langs Peninsula de Zapata van Montemar, een moerrasgebied van 500.000 ha waar krokodillen, leguanen en veel vogels te zien zijn. Onze D-tour over Presa Hanabanilla en Topes de Collantes hadden we niet willen missen. Cienfuegos, beschreven als de Parel van het Zuiden, kenmerkt zich door neoclassicisme en art nouveau-gevels door een ooit verworven rijkdom door suikerhandel. In Boca de Guama zijn op de krokodillenfarm La Boca 8000 krokodillen te zien (en te eten). Van Trinidad rijden we via Sancti Spiritus. Een reis door de ooit gewezen slavernij. Dertien kilometer ten oosten van Trinidad vind je in Manaca de Torre Iznaga. Het is de hoogste toren ooit gebouwd. De toren is ontstaan vanuit een weddenschap en vervolgens gebruikt om slaven in de gaten te houden. Even daarvoor bezoeken we Loma del Puerto, een mirador op een heuvel met een mooi uitzicht over suikerrietvelden.
Trinidad – Camaguey (250km)
De historische stad Trinidad wordt ook wel een levend museum genoemd en staat op de lijst van beschermde steden van de Unesco. Het stadje is opgericht in 1514 en het koloniale centrum met de keien straatjes neemt ons mee terug in de tijd. Elke avond treden er live bands op bij de Casa de la Musica en er wordt volop salsa gedanst.
In de omgeving vind je veel suikerrietvelden. Voor Trinidad vind je Presa Hanabanilla, een paradijs voor vissers want er worden hier enorme vissen gevangen. Deze trip is te combineren met Topes de Collantes. Playa Ancon, dat onder Trinidad ligt, is een optie voor een dagtochtje of Cayo Blanco waar je kunt snorkelen, over witte stranden slenteren en enorme pinacoladas kunt drinken. Wij kiezen ervoor een hapje te gaan eten in Cayo Blanco. Er worden heerlijke verse garnalen (camarones) met rijst (arroz), zwarte bonen (frijoles negros) en rode bonen (frijoles colorados) geserveerd. De restaurants zijn over het algemeen niet geweldig. De kwaliteit van het voedsel is beter wanneer je bij de lokale bevolking gaat eten en dat is hier heel normaal. De vis is vers en lekker bereid maar de bijgerechten, vooral bonen, zoete aardappelen en rijst zijn niet geweldig. Groenten zijn schaars. Fruit is er daarentegen in overvloed. We reizen verder: van Trinidad naar Camaguey via Valles de los Ingenios. De Cubaanse cowboys rijden hier midden op de weg. Rechts van Trinidad tref je Valles de los Ingenios dat typerend door vele dalen met suikermolens. In Presa Zaza ligt het grootste stuwmeer: 125km. Langs tabaks- en suikerrietvelden rijden we via Sancti Spiritus naar Ciego de Avila. Suikerriet, ananas en citrus plantages wisselen elkaar af op onze weg naar Camaguey.
Camaguey - Santiago (330 km)
Camaguey is een mooie, niet toeristische stad. Het is een uitgestrekt landschap met vele ranches, boerenland, bergen en stranden. Een leuke ranch met paarden en vee schijnt de Belen Ranch te zijn. Of de Rancho King, een veeboerderij met tienduizenden koeien maar jammer genoeg ontbreekt het ons aan tijd. In het zwart-Caribische Santiago is de revolutie nog overal zichtbaar. Het Plaza San Juan in het midden van de stad is als een decor uit een musketiersfilm.
Santiago is de tweede grootste stad van Cuba, met architectuurstijlen van Barok tot Neoklassiek. Uitstapjes tijdens het verblijf in Santiago: richting het oosten omdat onze geplande route daar niet langs voert. Een gebied van tropische en jungleachtige vegetatie. Geen bijzondere bezienswaardigheden maar wel weer een ander landschap en zo mooi dat een beetje rond toeren meer dan voldoende is. De, voor ons, enige bezienswaardigheid hier is het Parque Nacional de Bacanao. Het kenmerkt zich door een tropisch regenwoud, vooral in het Alejandrode Humboldt Parc. El Oasis waar rodeoshows worden gegeven, is leuk en ook de Valle de Prehistoria, waar 40 stenen dinosaurussen te zien zijn.
Santiago - Santa Clara (590km)
Van Santiago, de een na grootste stad van Cuba, naar Santa Clara: via Chorro de Maita naar Baracoa. Een mooie route naar het plaatsje waar Columbus in 1492 een week verbleef. En we rijden langs Bahia de Bariay waar Columbus zijn voet op Cubaanse bodem zette. De reis is lang en 's avonds komen we behoorlijk in de problemen doordat we de weg kwijt zijn. Borden ontbreken en we treffen geen Cubaan die Engels of Frans begrijpt. Door het donker rijden met veel mensen op de weg, zelfs met vee, is een opgave. Na een korte nacht rijden we naar Cayo Santa Maria. Om er te komen, rijd je over een weg van 48 km over de zee. Het is aardig om een keer te doen maar op het eindpunt vindt men louter toeristische resorts.En de terugweg is natuurlijk dezelfde.
Een optie is om via Camaguey richting Ciego de Avila te rijden en vervolgens via Moron naar Santa Clara. Tussen Ciego en Moron krijg je een idee van het echte leven op Cuba. Vervolgens kun je via Sancti Spiritus naar Remedias rijden waar bananenplantages elkaar opvolgen. Het vee op de weg, mannen te paard, oldtimers en buffels die het land ploegen blijven bijzonder om te zien.
Santa Clara - Varadero (185 km)
De stad Varadero, 140 km van Havana en met 20 km strand, is voor ons amper de moeite waard. Erg toeristisch en een populaire vakantiebestemming met veel hotels, all-in resorts en witte stranden maar wij laten deze stad links liggen. We gaan naar Villa du Pont waar we flamingo’s en leguanen zien en Parque Retiro Josone waar je een gebouw in Hacienda stijl op de San Bernandino rots nabij het strand vindt. Een mogelijkheid is om de onderwaterwereld nabij Archipielago de Sabana te bekijken waar men ook tochtjes met een glasbodemboot of submarine kan maken. Cayo Blanco met de catamaran waarbij snorkelen inclusief is. Of het Delphinario en Reserva Ecologica, al lijkt dat meer geschikt voor mensen met jonge kinderen die het eiland verder niet verkennen.
Wij kiezen voor een bezoek aan Cardenas waar we vanuit een koets de vele oldtimers in de stad bewonderen. We bezoeken Cuevas de Bellamar: drie kilometer grottencomplex maar daar moet je van houden. In de havenstad Indrok zien we pracht en praal uit de koloniale tijd.
Rondreis Cuba
De reis door Cuba was onvergetelijk. Wij maakten de rondreis in twee weken, maar beter is het om drie weken uit te trekken voor deze reis door Cuba. We hebben enorm veel gezien maar het ontbrak ons soms aan tijd. Isla de la Juventud hadden we bijvoorbeeld graag willen zien. De steden zijn behoorlijk toeristisch in tegenstelling tot het platteland. De wegen zijn vaak slecht en onverhard. De routes zijn slecht aangegeven en dat levert nogal eens vertraging op. Negentig kilometer is de maximale snelheid op snelwegen, maar reken op een snelheid van dertig-zestig kilometer op binnenwegen en zeventig-tachtig kilometer op snelwegen. Sommige Cubanen hebben een auto. Een aantal reist per openbaar vervoer (bedoeld voor de inwoners) en veel van hen leggen lange afstanden te voet af. Ook voor ons als toeristen blijkt het normaal de Cubanen een lift te geven en een aantal malen worden we in de politiestaat Cuba door de agenten gestopt en gedwongen Cubanen mee te nemen. In onze kleine huurauto werden soms vier mensen achterin gepropt. Wees ’s avonds voorzichtig, want de wegen zijn niet verlicht en Cubanen lopen met hun vee midden op de weg. Cuba is een land vol diversiteit. Afwisselende landschappen, koloniale bezienswaardigheden, hartelijke mensen en een veilig land om te reizen.