Wenen is een historische, gezellige stad aan de Donau
In het voorjaar van 2011 bereiken we de stad Wenen na een lange autoreis van meer dan negen uur. We hebben een appartementje in de voorstad gehuurd en dankzij de navigatie rijden we daar recht op af. Wat we van de voorstad zien vinden we niet direct smaakmakend. Huizen en bedrijven staan gemend door elkaar, wat een beetje een chaotische indruk geeft. Vermoedelijk zijn op open plekken tussen de huizen van oude woonwijken lukraak bedrijven geplaatst. Mooi is anders, maar vooruit: het gaat ons om de binnenstad en daar gaan we morgen naartoe. Eerst moeten we naar het informatiecentrum om wat info over Wenen te verzamelen en een kaart voor het openbaar vervoer te kopen. We willen onze eigen auto wat sparen.
Hoog water in Wenen?
Ons appartement ligt in de 'Hochwasserstrasze' en we vragen ons af waar die naam mee te maken heeft. Er blijkt een beekje langs te lopen dat vermoedelijk af en toe bij veel regen zijn water niet meer kwijt kan en dan overstroomt. Aan de overkant van ons appartement is dan ook een prachtig, hoog opgeschoten grasveld, waar niet gebouwd mag worden. Het appartement valt mee: een doelmatige inrichting met alles erop en eraan en vooral schoon. Er is een miniem voortuintje met wat ligstoelen en een zitje. Meer hebben we ook niet nodig.
Wenen en de oorsprong van haar naam
De stad Wenen dankt haar naam (Wien) aan het riviertje de 'Wien' dat midden door de stad loopt. Dit riviertje ontspringt in het Wienerwald, een bosgebied dat net buiten Wenen ligt. Ze mondt binnen Wenen uit in het Donau kanaal. De Wien en de Donau hebben Wenen in het verleden veel wateroverlast bezorgd. De bedding van de Wien is in het verleden sterk verhoogd en ook het extra Donau kanaal is gegraven om de watertoevoer beter te kunnen controleren en beheersen. Vooral de Donau de oude Donau (een oude, kromme loop van de rivier binnen Wenen) bieden burgers en toeristen aangename plekjes om uit te rusten.
Bereikbaarheid van de binnenstad
We kopen weekkaarten voor het vervoer van tram, bus en metro. Om Wenen te bekijken is dat de beste oplossing. Zo kunnen we voor relatief weinig geld per persoon de hele week met bus, tram en metro rondrijden en uitstappen waar we willen. Ideaal, want parkeerplekken zijn schaars, vooral in de week. Op zondag valt het echter enorm mee en is zelfs de binnenstad goed met de auto te bereiken. De parkeergarages zijn op zondag niet zo vol als door de week.
De Karlskirche
Vlak bij de Karlskirche parkeren we op zondag onze auto in een parkeergarage. De weekkaarten van het openbaar vervoer lopen van maandag tot en met zondag, dus die van ons gaat morgen pas in. We lopen de kerk binnen, maar daar wordt entree gevraagd en daar we nog niet precies in kunnen schatten wat ons de entree van de Hofburg en andere belangrijke monumenten gaat kosten, laten we deze kerk maar even ongezien, hoewel uit de informatie van ons boekje blijkt dat hij de moeite waard moet zijn.
De eerste indruk van Wenen is uitstekend
Wenen blijkt een enorm gemoedelijke en gezellige stad te zijn. Wie er langer dan een dag verblijft, leert ervan houden. Sommigen vinden haar een beetje oubollig, maar de stad houdt veel rekening met haar inwoners en bezoekers. Overal staan bankjes, er zijn meer mooie en goed verzorgde parken om te bewonderen en in uit te rusten dan in veel andere steden en ook het aantal parken met speeltoestellen is ruim voldoende. Er heerst een prettige sfeer. Bij goed weer zitten er overal mensen op bankjes te eten, boeken te lezen of gewoon te genieten.
De Schwarzenbergplatz
We wandelen over de Schwarzenbergplatz, waar mensen verkoeling zoeken bij de fontein. Het is er gezellig druk en dat is geen wonder. Het plein is omgeven door een aantal markante gebouwen, waaronder het Schwartzenberg paleis en de Franse Ambassade.
Een grappige muzikant
Achter de fontein heeft zich een muzikant geïnstalleerd. We blijven even luisteren, maar hoewel zijn muziekstukken herkenbaar zijn, is zijn maatgevoel abominabel, hoewel hij als extra hulp een bandje afspeelt. Er klopt echter niets van en af en toe doet het zelfs pijn aan de oren. Slechts het Russische lied “Kalinka” komt er redelijk uit. De rest klinkt verveeld en ongeïnteresseerd. Toch krijgt hij geld in zijn bakje, maar we vermoeden dat dit meer is voor de moeite dan voor de kwaliteit van zijn muziek.
Het Belvedère paleis
Het Belvedère paleis ligt dicht bij het Schwarzenbergplein en bestaat eigenlijk uit twee paleizen; het bovenste en het onderste paleis. Op het talud tussen die twee paleizen ligt een uitgestrekte, strak georganiseerde tuin met exact gesnoeide buxussen, prachtige marmeren beelden en mooie fonteinen.
Fijne stad voor mensen die slecht kunnen lopen
Er zijn veel rustbanken, waardoor ook ouderen en invaliden in de stad kunnen wandelen. Vooral aan de zijkanten en vanaf het bovenste paleis is een redelijk goed uitzicht over een gedeelte van de stad mogelijk. Het bovenste paleis is het hoofdgebouw. In het onderste paleis is nu een museum gevestigd, waar natuurlijk entree voor gevraagd wordt, maar waarbij tegelijk een aantal prachtige zalen te bewonderen zijn. Het project is gebouwd door een legergeneraal die in 1683 de Turken voor de stad verslagen en teruggedreven heeft.
De botanische tuin van Wenen
Naast de voortuin van het bovenste paleis ligt de prachtige botanische tuin die als medicinale kruidentuin werd aangelegd door Keizerin Maria Theresia en haar Nederlandse lijfarts. In tegenstelling met de strak aangelegde tuinen van het Belvedère paleis is dit een weelderige, vreedzaam aandoende tuin die niets pompeus in zich heeft, maar in plaats daarvan overkomt als een prachtig park om te wandelen en te ontspannen, waarnaast meteen wat plantenkennis opgedaan kan worden. Ook de burgers van Wenen gebruiken de tuin als rustpunt. Het verkeer van de stad lijkt hier ver weg. Ook hier staan weer bankjes genoeg, waar mensen zitten te lezen of uit te rusten.
Het Sacher
We gaan nog even koffiedrinken in het café van hotel Sacher, want Wenen zien en daar dan geen Sachertorte gaan eten is geen optie. We zijn aangenaam verrast. Niet door de prijs van koffie en taart, want die is aanmerkelijk, maar door de sfeer en de prachtvolle inrichting. Ik moet even naar het toilet dat tot mijn verrassing wel schoon, maar enorm beperkt van ruimte is. Er leidt slechts een smal gangetje naartoe, waar twee mensen nauwelijks elkaar kunnen passeren. Grappig!
Lekkere koffie en taart
Het kleintje koffie smaakt best en de taart is prima, vooral vanwege de fijne, dikke laag chocolade erop. Het tussenlaagje van abrikozenjam met Kirsch is dun, maar smaakt goed. Ons oordeel is goed, maar niet euforisch, hoewel de deftige entourage wel wat heeft.
Een stadsrondrit
Dank zij onze weekkaart gaan we met bus naar het centrum. We stappen uit bij de Karlsplatz, waar we de metro naar het Schottenkwartier nemen. Daar nemen we eerst de tram om een rondje door de stad te rijden. Op die manier komen we langs het mooie, in Duitse stijl gebouwde parlement en het prachtige stadhuis van Wenen dat er met zijn hoge toren uitziet als een kathedraal. Een stuk verder komen we langs het Hundertwasserhaus. Daar willen we best wel even kijken en we nemen aan het eindpunt van de rit dan ook meteen de tram die daarnaar terug rijdt.
Het Hundertwasserhaus
Het Hundertwasserhaus is de extra stop echt waard. Het ziet er fantastisch uit. Niet alleen vanwege zijn architectuur en zijn vrolijk gekleurde muren en balkonnetjes, maar ook vanwege de begroeiing met planten, struiken en zelfs bomen bovenop het dak. De raampjes verschillen van afmetingen, wat past bij de asymmetrische vormen van de muren, balkons en dakdelen. Het huis is door de bekende architect Hundertwasser ontworpen voor de sociale woningbouw. Naast het huis staat een vrolijk gekleurde fontein, helemaal in Hundertwasser stijl. Het Hundertwasserhaus is apart, uitdagend en erg leuk om te zien. Deze architect, die pas ongeveer tien jaar geleden gestorven is, had kennis van constructies, een kunstzinnige inslag, fantasie en durf.
Voor de Naschmarkt moet men de tijd nemen
We stappen weer in de tram en rijden naar de opleiding voor kunstenaars. Hier komen we langs het door kunstenaars in Jugendstil gebouwde Secsessionshaus met de kunstig opengewerkte, gouden wereldbol op het dak boven de ingang met daaronder de spreuk: “Der Zeit Ihre Kunst. Der Kunst Ihre Freiheit.” We bereiken de Naschmarkt die zijn naam eer aan doet. Men kan er bijna alles krijgen, vanaf alle soorten noten, rozijnen en olijven tot aan vlees, vis, kaas, bloemen, snoep en tevens alle bewerkte lekkere varianten daarvan. Er is koffie, wijn en bier te krijgen en men vindt er kleine restaurantjes met eten uit bijna alle werelddelen. Achter de Naschmarkt ligt nog een vlooienmarkt, maar die laten we maar links liggen, want hier zijn nog veel belangrijkere dingen te ontdekken en onze tijd is beperkt.
Het Schottenkwartier
In deze wijk vinden we veel mooi stucwerk en vooral veel gevarieerde stuc ornamenten. Eigenlijk zou men hier doorlopend met het hoofd omhoog moeten rondlopen, want er is veel moois te zien. We nemen er de tijd voor en eten intussen onze broodjes op een bankje in een park op. De lucht wordt echter steeds donkerder. Bovendien zijn we wat moe gelopen en zoeken een plekje op een overdekt terras. Net op tijd, want er steekt een enorme wind op en plotseling valt het water met bakken uit de hemel. Op het drukke pleintje voor onze neus zien we de studenten heen en weer rennen om beschutting voor de regen te zoeken. Het duurt een half uurtje, maar daarna is het droog en schijnt de zon. De regen verdampt zichtbaar op de stenen van de straat. Grappig. We wandelen nog een paar straten door en nemen dan de tram en de bus terug naar ons appartement.
Het centrum met de fiakers en de Annakerk
Wie het centrum van Wenen wil bekijken moet echt de benenwagen nemen, want er rijden wel zo hier en daar wat bussen, maar met de bus kan men echt niet overal komen. Er zijn veel “fiakers” (koetsen met paarden ervoor) die vanaf de Stephansdom een leuk rondje maken, maar het toch aanmerkelijke bedrag per persoon sparen we maar uit. Daar gaan we liever straks wat voor eten en drinken. We wandelen door de Annagasse en vinden de Annakerk daar tussen de gebouwen ingeklemd. Wie van goud en verguld stucwerk houdt, moet daar beslist eens gaan kijken. De kerk is zo ongeveer behangen met goud. Sommige heiligenbeelden zijn van top tot teen verguld en dat geldt ook voor een groot deel van de ornamenten. Het lijkt soms echt teveel van het goede en beduusd zoeken we de Stephansdom op.
De Stephansdom
Deze Dom ligt midden in het drukke centrum te pronken met een prachtig geglazuurd mozaïekdak, zoals men dat ook in Zwitserland ziet. De kerk staat echter in de steigers en wordt momenteel gerestaureerd, zoals overigens wel meer gebouwen in het centrum van Wenen. Binnen worden we verrast door de drukte en een wirwar van kleuren. Er zijn geen lampen aan, maar de ramen zijn afgedekt met oranje, blauwe en rode doeken, wat een ongelooflijke caleidoscoop van kleuren ten gevolge heeft. De kerk zelf is fantastisch, maar we kunnen er niet rondlopen. Een hek schermt het schip van de kerk af van de toeristen. Alleen de Mariakapel en de kleine kapel aan de overkant zijn voor gebed te bereiken. We verlaten de kerk, waar aan de linkerzijde de fiakers zelfs dubbel geparkeerd op klanten staan te wachten en lopen door een aantal vrij stille straten naar de Dominicanerkerk.
De Dominicanerkerk
Ook weer een prachtige kerk die een bezoek meer dan waard is. Dat zijn trouwens alle kerken in Wenen. Ook deze Jezuïetenkerk, die midden tussen de kloostergebouwen van de orde ligt, is van binnen zeer druk bewerkt. De Jezuïeten zitten er overigens nog steeds, gezien de naambordjes op de omliggende gebouwen.
De Hofburg
We drinken wat op een terrasje en wandelen dan naar ons hoofddoel van vandaag: de Hofburg. Wat een uitgestrekt complex! We betalen de entree voor het museum en voor de vertrekken van Sissi en Frans Joseph, waarna we naar binnen mogen. We staan versteld van het enorme aantal prachtige serviezen van de beste makelij uit allerlei landen. We ontdekken gouden en zilveren bestekken, enorme vergulde tafelopzetten, kandelaars en noem maar op. We kijken onze ogen uit. Het is gewoon teveel, maar we realiseren ons wel dat veel van deze pracht ook uit erfenissen verworven is en van cadeaus van andere wereldleiders die bij deze machthebbers in het gevlei wilden komen, maar dan nog! Er mag blijkbaar gefotografeerd worden, waar we dan ook dankbaar gebruik van maken.
Een historische tocht door de Paleisvertrekken
De kamers van het keizerlijk paar op de eerste verdieping liegen er eveneens niet om. Aan alles is te zien dat hier het centrum van de toenmalige macht van West Europa lag, waar alle omringende landen betrekkingen mee hadden. In de meeste kamers en salons branden kroonluchters. Zonder lampen zouden de vertrekken vrij donker zijn. Overal staat een porseleinen kachel, de muren zijn behangen met (kortelings gerestaureerd) rood brokaat en de stoelen en banken zijn ook daarmee bekleed. Er hangen geborduurde glasgordijnen voor de ramen met daar overheen ook weer rood brokaten overgordijnen.
Keizerin Elizabeth was een kind van haar tijd
Het natuurkind uit Beieren, dat keizerin Elizabeth nu eenmaal was, kon in deze donkere, benauwde sfeer met de strak georganiseerde hofhouding niet aarden en ging zo vaak ze kon op reis naar haar geliefde bergen, naar Hongarije, Venetië en waar de wind haar verder maar heen blies. Op haar laatste reis werd ze vermoord door een dolksteek toen ze een boottocht over het meer van Genève gemaakt had. Wie de vertrekken van het keizerspaar gezien heeft, kan zich een betere voorstelling van hun leven maken, dan alleen door de geromantiseerde film “Sissi”.
De stallen van de Lippizaners
We nemen een kijkje in de stallen van de Lippizaners en krijgen er uitleg over de gang van zaken. Deze raspaarden gaan in de zomer een paar weken op vakantie naar malse, groene weiden in Stiermarken. Hun plaats in de stallen wordt voor die weken ingenomen door de paarden van de fiakers en de politiepaarden. Hoe lang de rijdstal al bestaat weet niemand precies. Er is slechts een oud document, waarin de buurt klaagt over de stank van de paardenmest, waaruit enigszins de leeftijd geschat kan worden. Toch moeten er in Wenen al meer dan 400 jaar Lippizaners gefokt worden. De rijdstallen kunnen tegen de prijs van een rondleiding bekeken worden en ook kan men de dressuur bijwonen. Voor dit laatste moet echter wel gereserveerd worden. Informatie hierover staat ook elders op internet.
Sacramentsdag
We gunnen onze voeten een dagje rust en rijden met de auto naar het begin van de Alpen. Het is wisselend weer, maar er is zon beloofd. We mijden de snelweg en rijden door verschillende dorpjes, waar hier en daar een Sacramentsprocessie door trekt. We zijn helemaal vergeten dat dit in Oostenrijk een vrije zondag is, zoals ook vroeger bij ons in Nederland. We hebben echter geen brood gehaald en vandaag zijn alle winkels dicht. Alleen de Kebab is open, maar dat trekt ons niet zo erg.
Verse broodjes bij Autohof
We stoppen bij een Autohof en kopen daar wat verse broodjes en een pakje met plakjes kaas. Dat smaakt prima. Terug in de omgeving van Wenen rijden we naar het uitzichtpunt op de Kahlenberg, waar men een prima overzicht op de grote stad heeft. Het is weliswaar erg heiig, maar we zien de Donau armen mooi naast elkaar liggen. Ook het Prater en het centrum kunnen we ontdekken. Het kerkje op de Kahlenberg lopen we ook even in. Het is klein, maar mooi.
Naar het Prater
Het alom bekende Prater ligt vlak bij de uitgang van het station “Praterstern”. Komt u van daaruit het Praterterrein binnen dan ziet u meteen de attracties. Het Prater is immers eigenlijk een enorm kermisterrein met daarachter een groot park, bestemd voor jong en oud. Oorspronkelijk was het vroeger het Keizerlijke jachtgebied maar het werd al in de 18e eeuw opengesteld voor het publiek, dat er sindsdien dankbaar gebruik van maakt. Langzaamaan werden er steeds meer attracties opgesteld en werd het meer en meer een pretpark. Het beroemde reuzenrad steekt overal bovenuit, maar we ontdekken ook een enorm hoge paal met een “zweef” die laag begint, maar dan torenhoog haar rondjes draait.
Het jaarlijkse open lucht concert van de Wiener Philharmoniker
Het zonnetje schijnt nu en het is lekker warm. We lezen wat, maken ons avondeten en dan vertrekken we naar het open air concert van de Wiener Philharmoniker in de tuin van Paleis Schönbrunn, dat voor alle burgers van Wenen evenals voor toeristen vrij toegankelijk is. Bij aankomst is het er al een drukte van jewelste, hoewel we er al om zeven uur zijn. De grashelling bij het thee paviljoen wordt al bezet door gasten die straks het ballet op de vijver willen zien. Wij willen echter een plekje zoeken waarvandaan we het orkest kunnen zien spelen.
Niemand mag zitten uit veiligheidsoverwegingen
We hebben een stoeltje meegenomen, maar komen er al snel achter dat niemand mag zitten en de stoeltjes allemaal achter de afzetting verordonneerd worden. Zelfs zitten op een deken is niet toegestaan vanwege de veiligheid. We begrijpen dat best, maar vinden het wel jammer. Later komen we erachter dat niet alleen genodigden op de klaargezette stoelen vooraan mogen zitten, maar dat de laatste rijen ervan door het publiek bezet mogen worden, als die vrij blijven. Het concert is fantastisch. Alle paden van de strakke baroktuinen staan bomvol luisterende mensen, jong en oud door elkaar, die het concert ook via twee grote schermen kunnen volgen. Het lijkt op Pinkpop, maar dan klassiek.
Wenen is een fantastische en gezellige stad aan de veel bezongen Donau
We moeten er echt nog een keertje naar toe. Een hele week is niet voldoende om alles te zien. Slot Schönbrunn en de tuinen er omheen kosten meer dan een hele dag en daar zijn we niet meer aan toegekomen. Het Hoftheater hebben we alleen aan de buitenkant kunnen bekijken. Ook van de prachtige kerken, monumenten en musea hebben we slechts een gedeelte gezien. Wenen heeft bovendien veel mooie en gezellige cafés, bakkerswinkeltjes met lekkernijen en heerlijke broodjes, terrasjes, tuinen, beelden en ga zo maar door. Het huis waar Beethoven heeft gewoond hebben we bezocht. De Votivkirche hadden we graag willen zien, maar die bleek op slot toen we er aan toe waren. Het is teveel om op te noemen, maar een reis meer dan waard.