Garnaalvissers te paard in Oostduinkerke: uniek in de wereld
Iedereen kent de zomerse beelden wel van de garnaalvissers te paard in Oostduinkerke met hun gele oliejekkers en hun stoere Brabantse paarden. Die met netten lekkere, kraakverse garnaal uit de zee vissen. Maar wist je ook dat deze traditie van het Garnaalvissen te paard in december 2013 op de lijst kwam te staan van immaterieel cultureel erfgoed van de UNESCO! Niet verwonderlijk, want deze traditie bestaat al bijna zes eeuwen en moet zeker in ere worden gehouden!
In België staan er al heel wat dingen op de lijst van het immaterieel nationaal erfgoed van de UNESCO. De trappisten en de Waalse mijnsites bijvoorbeeld. Ook de garnaalvissers te paard uit Oostduinkerke hadden graag hun traditie op deze lijst zien staan en daarom dienden ze in 2009 een aanvraag in. Het duurde echter tot december 2013 tot de garnaalvissers te paard op de lijst van immaterieel cultureel erfgoed van de UNESCO kwam te staan! Het is inderdaad een unieke belevenis, enig in de wereld en die bovendien al zes eeuwen stand houdt. Door de erkenning zal de traditie zeker in ere worden gehouden voor de komende generaties!
Garnaalvisserij te paard in Oostduinkerke
Het perfecte strand
Oostduinkerke is de enige plaats in de wereld waar nog aan garnaalvissen te paard wordt gedaan. Het zacht glooiende strand zonder golfbrekers is perfect voor deze ambachtelijke activiteit. Het garnaalvissen of paardvissen wordt beoefend bij laagtij gedurende zo'n drie uur. Twee uur voor laagwater en één uur erna. Er zijn nog acht garnaalvissers te paard actief.
Hoe gaan de garnaalvissers te werk?
De garnaalvissers komen met hun paarden van de Doornpanne en van het Schipgat in
Oostduinkerke / Koksijde. Op het strand worden de paarden uitgespannen, wordt de kar afgeladen en worden de manden op de paarden gebonden. Er wordt ook een houten zadel op de Brabantse trekpaarden gelegd en er wordt een visnet achter gespannen. Daarna vertrekken de garnaalvissers in het water. Zij dragen een gele oliejekker, een gele salopette, hoge laarzen en een gele zuidwester.
Bron: Jackmac34, Pixabay
Na het vissen: paarden verzorgen en garnaalvangst gezeefd
Na het vissen wordt de vangst op het strand gezeefd en wordt de bijvangst (krabbetjes, kwallen, kleine visjes, schelpdiertjes, etc.)
terug in zee gegooid. De garnalen gaan in de manden, de netten worden uitgespoeld en de paarden worden terug ingespannen. Zij worden terug naar huis gebracht, waar ze na een flinke portie haver terug de wei in gaan. Ondertussen wordt de garnaalvangst nog eens gezeefd. Op sommige dagen worden de garnalen op het strand gekookt, uitgeschept met een koelzift en uitgedeeld onder de aanwezige toeristen.
Waar en wanneer kan je de garnaalvissers aan het werk zien?
Men kan de garnaalvissers aan het werk zien in maart, april, mei, september, oktober en november ter hoogte van de Schipgatduinen en ter hoogte van de Groenendijk. Voor de exacte kalender kan je terecht op de site van Koksijde / Oostduinkerke of op www.paardevissers.be. Zeeklassen en andere groepen kunnen een gids bestellen die hen deskundige uitleg kan geven over de werking van de zee, over het Brabantse trekpaard, over het materiaal, over hoe het vroeger was en hoe het er nu aan toe gaat, over de garnaal en zijn bereiding, etc. Daarna wordt er in de keuken gekookt met de garnalen.
Garnaalvissers te voet
Ook te voet wordt er aan garnaalvissen gedaan. Het principe is hetzelfde, alleen wordt het net voortgetrokken door mankracht. Het net is natuurlijk kleiner en minder lang dan dat van de garnaalvissers te paard. Het is zwaar labeur. Zowel mannen als vrouwen doen aan garnaalvissen te voet. Er zijn zo'n 50 garnaalvissers te voet actief.
Historiek van de garnaalvissers
Langs de Noordzee
Vroeger werd het garnaalvissen beoefend langs heel de Noordzee, dus ook in Noord-Frankrijk, Zuid-Engeland, Nederland en Duitsland. Nu is Oostduinkerke een unicum in de wereld.
Sinds 1510 in Oostduinkerke
Volgens oude archieven zou het strandvissen al beoefend zijn in 1510. Men sprak toen van seynevissen, waarbij de seyne een net was, getrokken door twee paarden. Het is waarschijnlijk mede door de Cisterciënzers van de
Abdij ter Duinen in Koksijde dat het strandvissen is blijven bestaan in deze streek. Het menu van de geestelijken bestond immers hoofdzakelijk uit vis en de strandvissers waren hun vaste leveranciers. In 1535 verbood Keizer Karel de strandvisserij. In 1773 werden de mazen van de netten opgemeten door de Nieuwpoortse baljuw en werden er boetes opgelegd. De paardenvissers moesten ook belastingen betalen en de kleine visjes terug in zee gooien. Deze gebeurtenissen worden elk jaar ten tonele gevoerd in een volkstoneel genaamd "De stormfeesten".
Meer weten over de garnaalvissers?
In het Nationaal Visserijmuseum in Oostduinkerke-dorp worden de verschillende manieren van strandvisserij vroeger en nu toegelicht. Tijdens het laatste weekend van juni is er een stoet voor de Garnaalfeesten. Ieder jaar is er het volkstoneel "De stormfeesten" (zie hierboven).
Immaterieel nationaal erfgoed in België
In 2009 dienden de paardenvissers een lijvig dossier in met een aanvraag tot erkenning tot immaterieel nationaal erfgoed. Zij werden op de Inventaris Immaterieel Erfgoed Vlaanderen gezet. Maar voor de eigenlijke titel visten ze spijtig genoeg naast het net... . Eind 2013 kwam daar eindelijk verandering in. De garnaalvissers te paard van Oostduinkerke kwamen op de lijst van immaterieel cultureel erfgoed van de UNESCO. Een fantastische erkenning voor een eeuwenoude traditie die het verdient om in stand te worden gehouden!
2015: uitgifte van een postzegel ter ere van de garnaalvissers
Op 29 juni 2015 kwam er ter ere van de garnaalvissers een
gelimiteerde postzegel uit bij Bpost. De uitgifte werd gelanceerd tijdens de jaarlijkse garnaalfeesten. Op de zwart-wit zegel een garnaalvisser te paard in vol ornaat en met de manden in zee. Het model is de garnaalvisser Marius, die in 2015 nog steeds actief was. Op het bijbehorende vel het verweerde hoofd van een garnaalvisser met zijn typisch hoofddeksel en sjaaltje, eveneens in zwart-wit. De foto is van de hand van topfotograaf Stephan Vanfleteren, zelf afkomstig uit Oostduinkerke en gekend voor zijn karakterportretten en het vastleggen van verdwijnend erfgoed. Na het maken van de zegel kreeg de fotograaf de smaak te pakken. Hij werkte verder aan een project over garnaalvissers. De zegel is spijtig genoeg niet meer te verkrijgen en is dus een collectorsitem geworden!