Longyearbyen, de hoofdstad van Spitsbergen
Longyearbyen, de hoofdstad van de archipel Spitsbergen, ligt op 78 graden noorderbreedte en is de meest noordelijke grote plaats ter wereld. De stad met ruim tweeduizend inwoners is gesticht als nederzetting voor mijnwerkers in het begin van de twintigste eeuw. Eén van de meest bekende fenomenen die de stad te bieden heeft, is de aanschouwing van het noorderlicht. De bergen rondom de stad zijn jaarlijks bedekt door een laag sneeuw en ijs, evenals vijftig procent van de archipel. Kijk dus niet raar op als je meer sneeuwscooters dan auto’s zal zien tijdens je verblijf in Longyearbyen.
Locatie van Longyearbyen op het eiland Spitsbergen (rood) in Spitsbergen /
Bron: Publiek domein, Wikimedia Commons (PD)Longyearbyen: ’s werelds noordelijkste stad
Longyearbyen, met haar vrolijk gekleurde huizen, is de meest noordelijke stad ter wereld met meer dan duizend inwoners. Hoewel de term stad in vele landen niet nauwkeurig is gedefinieerd, wordt Longyearbyen met een inwoneraantal van 2.144 (2015) beschouwd als een stad. Longyearbyen is de hoofdstad van de archipel (eilandengroep) Spitsbergen die bestaat uit verscheidene eilanden. Het grootste eiland van Spitsbergen heet ook Spitsbergen en op dat eiland is de hoofdstad gelegen. Longyearbyen ligt aan de baai van het eiland Spitsbergen en in de vallei Longyear Valley. De vallei wordt gekenmerkt door de rivier Longyear River die door de vallei stroomt en ligt tussen de bergen Platåberget en Gruvefjellet. De Platåberget is met 464 meter de hoogste van de twee en ligt op enkele kilometers ten westen van Longyearbyen.
De geschiedenis van Longyearbyen
Ontdekking van Spitsbergen door Willem Barentsz
De archipel Spitsbergen werd ontdekt in 1596 door de Terschellingse zeevaarder Willem Barentsz en zijn bemanning. Vermoedelijk waren de Vikingen hem voor, maar daar zijn geen tastbare bewijzen van gevonden. De Vlaamse cartograaf annex dominee Petrus Plancius (1552 – 1622) ging met Barentsz en zijn bemanning mee om de landgrenzen van Scandinavië (en ten noorden daarvan) in kaart te brengen. Net als Barentsz was Plancius geïnteresseerd in de Noordoostelijke Doorvaart. Dit was de kortste zeevaartroute om vanuit Europa naar Azië te varen. Barentsz wilde langs de kusten van Scandinavië en Siberië eindigen in de welbekende landen China en India. Al velen gingen hem zonder succes voor, maar bij elke expeditie die mislukte werden er wel (ei)landen in kaart gebracht. De hoofdreden dat Plancius mee ging op de reis was omdat hij de beloning van 25.000 gulden wilde die de Staten-Generaal uitloofde voor de persoon die een veilige Noordoostelijke Doorvaart in kaart zou brengen.
Op Spitsbergen besloot Barentsz om verder te varen richting het oosten. Op het eiland Nova Zembla, ten noorden van Siberië, kwam hij vast te zitten. Van afgebroken delen van het schip bouwden hij en zijn bemanning een huisje om in te overwinteren, ‘Het Behouden Huys’. Nadat Barentsz de strenge winter had overleeft, bouwde hij een sloep van het wrakhout van zijn eigen schip. Met de sloep voeren ze naar het zuidelijkere Russische schiereiland Kola, maar voordat Willem Barentsz aankwam stierf hij in zijn sloep op 20 juni 1597.
De stichting van Longyearbyen
De eersten die voor een langere tijd verbleven op de archipel waren walvisvaarders in de zeventiende eeuw. De stad Longyearbyen werd veel later in 1906 gesticht door de Amerikaan John Munro Longyear (1850 – 1922) naar wie de stad is vernoemd. In 1901 bezocht Longyear (eigenaar van een steenkoolmijn-bedrijf in Boston) de plaats voor het eerst en in 1904 richtte hij ‘Arctic Coal Company’ op. Hij liet een deel van zijn werknemers overbrengen naar de plaats op Spitsbergen om te werken voor zijn nieuwe steenkoolmijn-bedrijf. De fossiele brandstof steenkool werd onder andere gebruikt om energie op te wekken en als reductiemiddel (hulpmiddel) om ijzer te maken. In 1906 liet Longyear woningen bouwen, zodat de mijnwerkers konden overwinteren op Spitsbergen en niet terug hoefden naar Amerika.
Spitsbergen en Longyearbyen in de moderne tijd
In 1920 werd Spitsbergen onderdeel van Noorwegen en in 1925 werd de naam van de archipel gewijzigd in Svalbard dat koude kust betekent. Echter, in vele talen (waaronder het Nederlands en Russisch) wordt de eilandengroep nog steeds aangeduid als Spitsbergen. Ook de Noren zelf duiden de archipel regelmatig aan met de oude Nederlandse benaming.
In 1940 werd Noorwegen bezet door de Duitsers die pas in 1941 interesse toonden in Spitsbergen. Als reactie werden de inwoners van Spitsbergen in 1941 geëvacueerd naar Schotland. De strategisch gelegen archipel beschikte over steenkool dat de Duisters gebruikten als brandstof voor hun oorlogsvoertuigen. Daarnaast bouwden ze een weerstation in Longyearbyen om de weersomstandigheden te kunnen voorspellen, wat een groot voordeel had voor de Luftwaffe (de Duitse luchtmacht). Na de Tweede Wereldoorlog op 27 juni 1945 werden de inwoners weer teruggebracht naar het eiland. Door bombardementen was er niet veel meer over van Longyearbyen; alleen een woning, het ziekenhuis, de elektriciteitscentrale en een kantoorgebouw stonden nog overeind.
Sinds 1945 is de eens kleine plaats uitgegroeid tot één van de grootste plaatsen in de archipel. Tegenwoordig (2015) is de grootste groep inwoners afkomstig uit Noorwegen, gevolgd door Thailand, Zweden, Rusland en Oekraïne. De meesten werken in de mijnindustrie of voor de lokale overheid. Het andere deel is werkzaam in het onderwijs of toerisme. Ook staan er twee onderzoekscentra die zich richten op onderzoek naar het noorderlicht en om data te downloaden van satellieten die rond de polaire baan zweven.
In december 2015 heeft een lawine tien woningen in Longyearbyen bedolven met een dik pakket sneeuw, waardoor één persoon om het leven kwam.
Bezienswaardigheden en activiteiten in Longyearbyen
De Svalbard kerk
De Svalbard kirke is de meest noordelijke kerk ter wereld en tevens een erg kleine kerk met maar 140 zitplaatsen. De eerste kerk uit 1921 werd vernietigd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het altaar en de doopschaal die in de jaren 20 werden geschonken door de eerste koning van Noorwegen Haakon VII en zijn vrouw, zijn bewaard gebleven. In 1958 werd er een nieuwe houten kerk gebouwd die grotendeels rood van kleur is. In de kerk worden niet alleen christelijke diensten gehouden, maar ook bijeenkomsten georganiseerd voor de bevolking van de hele archipel.
Het museum en de galerij
In de stad staan ook een museum ‘Svalbard Museum’ en een galerij ‘Galleri Svalbard’. Het museum, dat een voormalige varkensstal is, heeft betrekking op de geschiedenis van de archipel. De ontdekking van de archipel, de flora en fauna, en de geschiedenis van de walvisjacht staan centraal. In de galerij worden schilderijen van de Noorse overleden kunstenaar Kåre Tveter tentoongesteld. Daarnaast worden concerten en tijdelijke tentoonstellingen van andere kunstenaars gehouden in de galerij.
Het noorderlicht
Het kleine stadje biedt niet veel bezienswaardigheden die gemaakt zijn door de mens. Een zeer geliefde trekpleister is simpelweg de natuur. Er groeien bijzondere planten in de bodem die tot vijfhonderd meter diepte nog bevroren kan zijn. Ook het dierenrijk, dat bestaat uit enkele honderden vogels en drie zoogdieren, namelijk de ijsbeer, de poolvos en het spitsbergenrendier, trekt veel toeristen naar de archipel. In Longyearbyen is het noorderlicht (oftewel Aurora Borealis) te aanschouwen in de periode augustus tot en met april. Dit fenomeen kleurt de hemel groen, rood en paars zodra elektrisch geladen deeltjes van de Zon botsen met de deeltjes in de atmosfeer van de Aarde. Dit gebeurt regelmatig rondom de polen, maar is met het blote oog pas goed te zien als het donker is. In de herfst en winter wordt het in Longyearbyen al om twee uur ’s middags donker, waardoor je niet hoeft op te blijven om de prachtig gekleurde hemel te aanschouwen.
Het beklimmen van de Platåberget
Het beklimmen van de ruim vierhonderd meter hoge berg biedt ongetwijfeld een prachtig uitzicht, maar is niet zonder risico. In 1995 stonden twee toeristen oog in oog met een ijsbeer waarvan één werd gedood. In tegenstelling tot bruine beren zijn ijsberen niet territoriaal, zelden agressief en benaderen ze mensen niet. Alleen ijsberen die weinig interactie hebben met mensen en hongerig zijn, zijn uiterst onvoorspelbaar. Longyearbyen benadrukt het gevaar van ijsberen buiten de stad en raadt ten strengste af om zonder gids buiten de nederzetting te reizen (om bijvoorbeeld de Platåberget te beklimmen). Er worden verscheidene tripjes georganiseerd naar locaties buiten Longyearbyen (zoals tochten langs gletsjers of ski-excursies) en de gidsen dragen allemaal een vuurwapen en signaalpistolen bij zich. Het is verboden om als toerist je eigen vuurwapen mee te brengen op een georganiseerd tripje.
Tips voor als je op vakantie gaat naar Longyearbyen
Jaarlijks bezoeken 85.000 toeristen de stad (2011). Wil je de stad ook bezoeken, neem dan onderstaande tips in acht.
- Als je op vakantie gaat naar Longyearbyen, dan hoef je niet per schip zoals Willem Barentsz deed. Sinds 1959 heeft de stad een vliegveld ‘Svalbard lufthavn’ vanwaar je ook binnenlandse vluchten kunt boeken naar Ny-Ålesund en Svea.
- Om de archipel te betreden hoef je niet in het bezit te zijn van een paspoort. De Nederlandse identiteitskaart (ID-kaart) volstaat.
- Longyearbyen behoort tot Noorwegen, dus kun je niet betalen met euro’s maar dien je te betalen met Noorse kronen. Eén euro is ongeveer 9,4 Noorse kronen (anno juli 2017). Noorse kronen kun je bestellen bij de bank, maar je kunt ook pinnen in Longyearbyen indien je pas is voorzien van een Maestro- of Cirrus-logo.
- Ondanks dat in Longyearbyen een aantal kledingwinkels staan, wordt aangeraden om voldoende warme kleding mee te nemen. In de zomermaanden is het in de stad ongeveer 4 tot 6 °C. In de koudste periode (november tot mei) zijn temperaturen van -10°C en -17 °C niet merkwaardig.