TESO: de veerdienst tussen Den Helder en 't Horntje op Texel
Als men van het vasteland naar Texel wil rijden, komt men er niet omheen: men zal ergens de Waddenzee moeten oversteken! In Den Helder aangekomen ziet men de grote veerboten naar Texel liggen van rederij TESO. Het grootste Waddeneiland Texel heeft sinds 1907 een eigen rederij die de veerdienst verzorgt tussen Den Helder op het vasteland en ’t Horntje op Texel. De maatschappij kreeg in 2007 het predicaat Koninklijk toegekend.
Een eigen Texelse rederij
In het begin van de 20ste eeuw werd de veerdienst naar Texel uitgevoerd door de Alkmaarse maatschappij Alkmaar Packet. De Texelaars waren echter niet tevreden over de dienstverlening van Alkmaar Packet: minderwaardige boten, te weinig afvaarten en te hoge tarieven.
De Texelaars namen daarom zelf het initiatief om een eigen veerdienst op te richten. Het was huisarts dr. Adriaan Wagemaker die de leiding op zich nam. In augustus 1907 werd de Nieuwe Texelsche Stoombootdienst opgericht, die het schip Baron Rengers huurde en eveneens de overtocht tussen Den Helder op het vasteland en Oudeschild op Texel uitvoerde. Een jaar later, in 1908, brachten de Texelaars een startkapitaal van 75000 gulden bijeen om de N.V. Texels Eigen Stoomboot Onderneming of TESO op te richten. Elke inwoner van het eiland kon een aandeel kopen van 5 of 25 gulden. Er werden 3650 aandelen verkocht. De concurrentie met Alkmaar Packet werd aangevat.
TESO liet haar eerste eigen stoomboot, de SS Dageraad, bouwen in 1908. Het schip werd in gebruik genomen vanaf half augustus in datzelfde jaar. De Texelaars kozen voor hun overtochten naar Den Helder massaal voor hun eigen TESO en Alkmaar Packet kreeg steeds minder passagiers. In 1909 stopte deze maatschappij met de veerdienst tussen Den Helder en Oudeschild. TESO had het pleit gewonnen.
Model van het eerste eigen stoomschip van TESO: de SS Dageraad. /
Bron: Jane023, Wikimedia Commons (CC BY-3.0)Uitbreiding van de vloot
TESO nam in 1910 het stoomschip “Ada van Holland” over van de vroegere concurrent Alkmaar Packet. Het schip deed dienst als reserveboot om de veerdienst tussen Den Helder en Oudeschild steeds te kunnen verzekeren. De Ada van Holland werd wegens haar ouderdom buiten gebruik gesteld in 1924.
In 1926 liet TESO het stoomschip Marsdiep bouwen, om de gesloopte Ada van Holland te vervangen. Het schip had een capaciteit van 600 passagiers en 3 tot 4 auto’s.
De stichter van TESO, dr. Adriaan Wagemaker, overleed in 1933. TESO liet datzelfde jaar een nieuwe stoomboot bouwen, genoemd naar de stichter van de onderneming: de Dokter Wagemaker. De boot werd in 1934 in de vaart genomen, terwijl TESO haar eerste stoomboot, de Dageraad uit 1908, verkocht. De Dokter Wagemaker had oorspronkelijk een capaciteit van 800 passagiers en 8 auto’s.
De veerdienst tijdens de oorlog
Voor zover dit mogelijk was, bleef TESO de veerdienst naar Texel uitvoeren tijdens de Tweede Wereldoorlog. De schepen werden soms gevorderd door de Duitse bezetter, het onderhoud ging fel achteruit en de brandstofkosten stegen enorm. In zee lagen zeemijnen en bombardementen maakten de overtochten gevaarlijk.
De Dokter Wagemaker werd op 6 oktober 1940 in Oudeschild getroffen door een bom, waardoor het schip gedeeltelijk vernield werd en een bemanningslid het leven verloor.
Gedurende de oorlog was het moeilijk om een regelmatige veerdienst te verzorgen. Als de Duitse bezetter een schip vorderde, zette men het reserveschip in of probeerde men een andere boot te huren. Toch slaagde TESO er nog redelijk in om regelmatige overtochten uit te voeren.
Steeds grotere schepen
Na de Tweede Wereldoorlog kwam het toerisme op Texel in een stroomversnelling. Steeds meer toeristen wilden de overtocht maken naar het grootste Waddeneiland. Bovendien steeg het aantal autobezitters spectaculair. De veerboten moesten steeds groter worden. Bovendien was het tijdperk van de stoomschepen voorbij: de nieuwe veerboten werden uitgerust met een dieselmotor.
In 1952 werd de Dokter Wagemaker verbouwd. Men verlengde de romp met 5 meter, zodat de capaciteit verhoogde tot 1000 passagiers en 16 auto’s. Bovendien plaatste men een dieselmotor in het schip, waardoor het oorspronkelijke stoomschip een motorschip werd.
Om de Marsdiep uit 1926 te vervangen, liet TESO in 1955 het nieuwe schip De Dageraad bouwen, met een capaciteit van 1000 passagiers en 25 auto’s. De twee zusterschepen Dokter Wagemaker en De Dageraad verzorgden de veerdienst Den Helder - Oudeschild in de periode 1955 tot 1963.
't Horntje: een nieuwe haven op Texel
Tot in 1962 voeren de veerboten van TESO tussen Den Helder op het vasteland en Oudeschild op Texel. Om de duur van de overtocht korter te maken en de toenemende verkeersstroom aan te kunnen, besliste Rijkswaterstaat in 1958 om een nieuwe aanleghaven te bouwen in het zuiden van het eiland: ’t Horntje.
De werkzaamheden namen een aanvang in 1961. De nieuwe haven van ’t Horntje wordt door TESO officieel in gebruik genomen op 8 juni 1962. De schepen werden hier in het begin nog steeds via de zijkant beladen.
Samen met de komst van een nieuwe haven, werd ook het wegennet op Texel aangepast. De nieuwe brede weg N501, de Pontweg van ’t Horntje naar De Koog, moest het verkeer dat van de veerboten kwam zo snel mogelijk verspreiden over het eiland.
De Marsdiep en de Texelstroom: de eerste kopladingsschepen van TESO
Bij alle vorige schepen van TESO moest de lading via de zijkant van het schip aan boord komen. Het nieuwe schip de Marsdiep was echter een kopladingsschip: de lading kwam via de voor- of achterzijde aan boord i.p.v. via de zijkant. Op 17 juli 1964 kwam dit nieuwe schip in de vaart, met een capaciteit van 750 passagiers en 70 auto’s.
Rijkswaterstaat was in 1963 begonnen met de constructie van de fuik op de nieuwe haven ’t Horntje: een speciale aanlegsteiger waarin de kopladingsschepen zich “klemvaren”. De brug waarover de lading werd gelost of geladen, werd neergelaten op het schip. Auto’s en voetgangers kwamen via verschillende niveaus van het schip of op het schip. De aan- en afvoer van het verkeer verliep hierdoor veel sneller.
In 1966 kreeg de Marsdiep een bijna identiek zusterschip: de Texelstroom. Met beide schepen werd de veerdienst uitgevoerd in de periode 1966 tot 1980. De toestroom van toeristen was echter zo groot dat beide schepen al snel te klein bleken. Wachttijden in Den Helder om vakantiegangers over te zetten naar Texel, konden oplopen tot 6 uur of langer.
De eerste dubbeldekker
Op het einde van de jaren 70 besliste TESO om dubbeldekschepen te gaan gebruiken. Bij dit soort schepen wordt de lading verdeeld over twee dekken, waardoor de capaciteit veel groter wordt.
De eerste dubbeldekker van TESO kwam in 1980 in de vaart: de Molengat. De boot kon 1250 passagiers en maar liefst 190 auto’s vervoeren. Omdat de haveninstallaties in ’t Horntje en in Den Helder nog niet waren aangepast aan dubbeldekschepen, kon echter het bovendek van de Molengat nog niet worden gebruikt voor het vervoer van auto’s. De Marsdiep en de Texelstroom werden reserveschepen.
Rijkswaterstaat moest de nodige havenaanpassingen uitvoeren, maar wegens allerlei bezwaarschriftenprocedures en de slechte economische toestand, waren de dubbeldekse laadbruggen in de havens pas in 1986 gereed. De volledige capaciteit van de Molengat kon vanaf dat jaar worden benut. Het schip maakte de verwachtingen waar: de extreem lange wachttijden in Den Helder behoorden voortaan tot het verleden.
De veerboot Dokter Wagemaker, in gebruik genomen door TESO in 2005. /
Bron: Bourdon16, Wikimedia Commons (CC BY-SA-3.0)De huidige schepen van TESO
In 1990 liet TESO de Schulpengat bouwen, om de verouderde Texelstroom te vervangen. De Schulpengat vervoert maximaal 1750 passagiers en 242 auto’s. Het nieuwe schip Dokter Wagemaker kwam in 2005 in de vaart. De capaciteit is nog verder uitgebreid naar 1750 passagiers en 300 auto’s. De Dokter Wagemaker voert dagelijks de veerdienst uit tussen ’t Horntje en Den Helder.
Het allernieuwste schip is de nieuwe
Texelstroom, die TESO heeft laten bouwen in 2014 en die werd opgeleverd op 18 juni 2016. Deze veerboot zal vanaf juli 2016 de Schulpengat vervangen. De boot is een voorbeeld van hedendaagse duurzame technologie. Aan boord kunnen maximaal 1750 passagiers en 380 auto’s.
Een moderne veerdienst
TESO heeft voortdurend ingespeeld op het toenemende verkeer van het vasteland naar Texel en omgekeerd. De spectaculaire groei van het toerisme op het eiland heeft de nodige aanpassingen gevergd aan de infrastructuur op het eiland zelf, maar ook aan de Texelse veerdienst. Standaard vaart er elk uur een veerboot van Den Helder naar ’t Horntje en omgekeerd. In het hoogseizoen zijn er twee afvaarten per uur; dan wordt ook het reserveschip ingeschakeld.
Tickets worden verkocht in Den Helder (of
online). Dit zijn steeds retourtickets. Bij de afvaart in ’t Horntje op Texel is er geen ticketcontrole. De overtocht duurt ongeveer 20 minuten. Bijna vier miljoen mensen worden per jaar overgezet door de boten van TESO. Met de nieuwste aanwinst van TESO, de Texelstroom, is de veerdienst klaar voor de toekomst: nog meer passagiers en auto’s vervoeren dan voorheen, maar met behulp van schone en duurzame energie.