Mekka: Heilige Islamitische stad
Mekka is een bedevaartsoord en iedere vrome moslim is verplicht deze stad eens in zijn leven te bezoeken. Ooit was Mekka een regionaal centrum en een oase voor de karavanen die de verbinding onderhielden tussen Zuid-Arabië, Oost-Afrika, Zuid-Azië en het Middellandse-Zeegebied.
Geboorteplaats van de profeet Mohammed
Mekka is de plaats waar de profeet Mohammed in ongeveer 570 na Christus werd geboren. De stad ligt in Saudi-Arabië, ongeveer 70 km van Djedda aan de Rode Zee. Moslims van over de hele wereld verlangen niets liever dan Mekka te mogen bezoeken voordat zij sterven en de stad speelt dan ook een grote rol in hun geloofsbeleving. Het is de heilige plicht van iedere moslim een bedevaart of
hadj te maken naar de Grote Moskee.
De Vijf Pijlers der Islam
De Vijf Pijlers waarop de Islam is gebouwd, staan beschreven in de koran. Die Vijf Pijlers zijn de heilige plichten van iedere moslim, te weten:
- 1. het geloof belijden;
- 2. bidden;
- 3. aalmoezen geven;
- 4. vasten;
- 5. een bedevaart of hadj maken naar de Grote Moskee in Mekka en het daarin opgestelde heiligdom, de Ka'aba.
Plichtsvervulling
Het bidden
Zelfs islamitische soldaten bidden vijf maal daags, te weten:
- bij zonsopgang;
- om 12 uur;
- 's middags;
- bij zonsondergang;
- 's avonds.
In iedere moskee geeft een mibrab (nis) aan waar Mekka ligt, de richting waarin men moet bidden.
De vijfdaagse pelgrimstocht
Jaarlijks reizen ongeveer 2 miljoen pelgrims naar Mekka om God te eren. De vijfdaagse pelgrimstocht vindt plaats in de 12de maand (Dhu al-hidja) van het islamitische jaar. De moslims die daar fysiek en financieel toe in staat zijn, moeten de tocht ten minste eenmaal in hun leven ondernemen. Men wordt van deze verplichting vrijgesteld als gezin of familie eronder lijdt. Bij het zien van de Ka 'aba, die in zwart brokaat gehuld is, het middelpunt vormt van de islamitische wereld en op het moskeeplein staat, roepen de pelgrims: "Labbaika!' ('Hier ben ik!')
Tijdens hun vijfdaagse pelgrimstocht rond Mekka dragen alle pelgrims een zelfde witte ihram. Die gelijke kleding symboliseert hun gelijkheid voor Allah, los van hun verdere, wereldse status. Sommigen beschermen zich met een paraplu tegen de brandende zon tijdens de tocht langs de heilige plaatsen. Een van die heilige plaatsen is Mina, ongeveer 8 km van Mekka. Iedereen die daartoe in staat is, dient die afstand te lopen.
De pelgrimsroute
De bedevaart begint op de eerste dag in Mekka. De pelgrim loopt zeven maal om de Ka'aba heen en kust hem. Dan loopt hij zeven maal heen en weer tussen twee heuveltjes, al Safa en al-Marwa. Deze heuveltjes zijn nu omheind en met elkaar verbonden door een weg. Bij die heuvels liepen Hagar en haar zoon Ismaël naar water te zoeken, tot ze de bron Zemzem ontdekte. Hagar zou daarbij "Zem! Zem!" (stop!, stop!) geroepen hebben toen het water opwelde. Vervolgens wandelen de pelgrims naar Mina, een tocht van 8 km. Hier overnacht de reiziger. Daarna volgt een wandeling van 16 km naar de vlakte van Arafat, waar Mohammed voor het laatst predikte. Hier mediteert de pelgrim een dag. 's Avonds zoekt hij 49 stenen voor de processie naar Muzdalifa en de terugkeer naar Mina op de dag daarna. In Mina vindt de ceremonie van het stenigen van de duivels plaats waarbij stenen worden gegooid naar drie zuilen die de plaats aangeven waar Ismaël de duivel stenigde, toen deze probeerde hem te verleiden tot ongehoorzaamheid jegens Abraham. De laatste fase bestaat uit de terugtocht naar Mekka. De hadj wordt feestelijk afgesloten met het offeren van een schaap of geit ter gedachtenis van Abrahams geloof en gehoorzaamheid toen God hem vroeg zijn zoon te offeren. Dan scheert men de hoofden van de pelgrims kaal, waarna die ter afsluiting nog eens zeven maal om de Ka'aba heen lopen.
Rituele handelingen
De pelgrims voeren in Mekka de rituele handelingen van de hadj-ceremonie uit. Voordat ze dit doen, trekken ze een wit gewaad aan (de ihram). Alle gelovigen kleden zich eender om uit te drukken dat ze voor Allah gelijk zijn. Moslims moeten voor het gebed gezicht, hoofd, armen en voeten wassen. Stromend water is dus belangrijk voor elke moskee.
Bron Zemzem
Bij de Grote Moskee bevindt zich vlak bij de Ka'aba de bron Zemzem. Vroeger was dit het enige waterpunt in de stad. De bron zou uit bijbelse tijden stammen, toen volgens het boek Genesis Hagar (moeder van Abrahams eerstgeboren zoon Ismaël) de woestijn werd ingejaagd door Abrahams onvruchtbare vrouw Sara. Om moeder en kind niet van dorst te laten omkomen, leidde God hen naar een plek waar water opborrelde uit het woestijnzand. De moslims geloven dat Hagars bron en de Zemzem een en dezelfde zijn. Het bronwater wordt nog driemaal per jaar gebruikt om de Ka'aba schoon te maken.
Heilige Steen
De religieuze betekenis van Mekka dateert uit de tijd vóór Mohammed. De Ka'aba (het vierkante huis) is een massieve schrijn op het binnenplein van de Grote Moskee. In deze Ka'aba ligt de grote Zwarte Steen van Mekka. Het is een voor moslims heilige steen, die door de aanbidders van vroegere goden beschouwd werd als een bron van wonderbaarlijke kracht. Ook toen al kwamen pelgrims uit heel Arabië de steen kussen en aanraken om wat van zijn kracht over te nemen. Later heeft Mohammed de steen gereinigd in de naam van Allah en zijn goedkeuring gegeven aan deze aloude gewoonte. Zo verbond hij de kersverse islamieten met hun pre-islamitische verleden.
Herkomst
De herkomst van de steen is duister. Geologen vermoeden dat het een meteoriet is. Moslims menen echter dat hij uit de hemel viel en in de Hof van Eden terechtkwam. Later - nadat hij uit het paradijs was verdreven - heeft Adam hem gekregen om zijn zonden weg te nemen. De aartsengel Gabriël zou de steen weer aan de joodse stamvader Abraham gegeven hebben als hoeksteen van een tempel: de Ka'aba.
Heilig Geschrift
Diezelfde aartsengel verscheen aan Mohammed in diens slaap en verkondigde hem het Woord Gods. Toen hij wakker werd, waren de verzen van de koran in zijn hart gegrift. Daarin stond dat de valse goden die zijn volk aanbad, vernietigd moesten worden en dat Allah oppermachtig was. In korte verzen schreef Mohammed de openbaringen op, die hem door Allah waren gedaan. Na zijn dood bundelde men die verzen tot de koran, het heilige boek van de moslims.
Uitsluitend voor moslims
Alleen moslims worden toegelaten tot de stad en de Grote Moskee. Vroeger liepen indringers kans geëxecuteerd te worden, tegenwoordig worden zij beboet. Toch hebben de laatste twee eeuwen enkele avonturiers vermomd als islamitische pelgrims dit voorschrift geschonden. De eerste die in 1814 een bezoek aan Mekka beschreef was Johann Ludwig Burckhardt, een Zwitserse ontdekkingsreiziger. De meest bekende - als islamitische pelgrim vermomde persoon - was wellicht Sir Richard Burton, die de moskee in 1830 betrad en later in zijn boek
'Pelgrimstocht naar Al-Medinah en Mekka' schreef dat 'van alle gelovigen, die hun kloppend hart aan de steen drukten, niemand meer geëmotioneerd was dan de hadji (bedevaartgangers) uit het hoge noorden'.
Opmerking
De islam is een godsdienst die meer ziet in het zwaard dan in overreding. Onenigheid wordt vaak met geweld beslecht. Wat die onenigheid betreft, ook Mekka werd niet gespaard. In 1802 drongen de zonen van de puriteinse Mohammed Abdul Wahhab Mekka binnen, nadat ze buiten de stad een grote slachting hadden aangericht. In de stad vernielden ze ieder heiligdom en beeld. Ze beschuldigden de inwoners van afgoderij. In 1979 heeft er een bloedige veldslag plaatsgevonden op het moskeeterrein.
Echter ondanks de gewelddadige voorgeschiedenis blijft Mekka iets geheimzinnigs houden en hangt er een sfeer van volmaakte vrede.