Met Papua's door het regenwoud
Wandelen door het regenwoud is geen gemakkelijk onderneming. Hoogtevrees hebben is niet handig als je een rivier oversteekt door over een boomstam te lopen. Steile, glibberige hellingen dienen bedwongen te worden maar pas op voor de doorns in de takken waaraan je vastklampt. Soms moet je wel even zwemmen in een rivier om doorweekt de reis te vervolgen. En je moet durven slapen tussen de insecten in een zelfgebouwde hut.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Inhoud:
Moeilijk te bewandelen gebied
Nieuw-Guinea is vrijwel geheel bedekt met dichtbegroeide regenwouden. Het is een eiland wat relatief jong is. Daarom zijn er veel steile heuvels en bergen. Het is één van de natste plekken ter wereld. Er valt jaarlijks tussen de 2 meter en 6 meter regen. In de bergen valt ongeveer 6 meter en op de lagere gedeelten regent het 2 meter per jaar. Ter vergelijking: in Nederland valt jaarlijks tussen de 70 en 85 centimeter per jaar.
Rivieren
Het regenwoud is een natte omgeving. Door heel Nieuw-Guinea slingeren rivieren waardoor het doorkruisen van het oerwoud nog moeilijker is. Soms is het rivierwater doorwaadbaar. Andere keren moet men aan rotsen vastklampen om langs het wilde water te lopen.
Blote voeten
De ondergrond is glad en glibberig. Papua’s lopen met blote voeten door het oerwoud. Hierdoor heb je extra grip want met schoenen, ook al zijn het bergschoenen, glij je snel uit over de zachte modderlaag. Er moet veel geklommen worden. De rivieren zijn omgeven door steile hellingen. Over het algemeen probeer je zo veel mogelijk de rivier te volgen. Dat is makkelijker lopen. De rivieren hier slingeren zo heftig dat je af en toe een rivier moet doorkruisen om op de plaats van bestemming te komen. Op deze manier moet je soms 3 of 4 keer dezelfde rivier oversteken. Het komt voor dat de rivier opeens versmalt, waardoor er geen plek tussen de steile hellingen is om langs te lopen. Dan moet je wel een loodrechte gladde helling beklimmen. .
Klimmen
Bij het beklimmen van een helling moet je je vastpakken aan allerlei wortels en takken om niet naar beneden te vallen. Het gevaar is dat je een tak grijpt die vol doorns zit. Een ander gevaar is dat de tak die je vastpakt rot blijkt te zijn, waardoor je de tak direct doorbreekt.
Kapmes
Papua’s nemen allerlei dingen mee als ze het oerwoud in gaan. Behalve een kapmes om je een weg te banen, heb je ook eten nodig. Rijst wordt meegenomen om de ergste honger te stillen. Als het kan wordt deze maaltijd aangevuld met gevonden garnalen in de rivier, of een gevangen vogel of vleermuis. Vleermuizen worden met een lange stok van een plafond van een grot afgeslagen in plaats van ze te schieten. Vuurwapens zijn verboden. Daarom wordt er alleen met luchtbuksen geschoten of met pijl en boog. Veel Papua’s gebruiken pijl en boog om een vogel te vangen. Het is verboden om mooie vogels te vangen om op te zetten, zoals paradijsvogels. Op de foto zie je een paradijsvogel, waarvan er 50 soorten zijn die vrijwel uitsluitend op Nieuw-Guinea voorkomen.
Varkens
In het bos lopen ook varkens. Het wordt beschouwd als een feest als men zoiets vangt. Sommige stammen kunnen varkens met de blote handen vangen. Dat gebeurt niet zo vaak omdat de varkens gewoon als “huisdieren” in dorpjes rond lopen. Het is in het oerwoud niet altijd mogelijk om een uitgebreide maaltijd te eten. Als tussendoortje eet men een bord witte rijst en meer niet. In het oerwoud doen Papua’s soms koffie over hun rijst heen, om het meer smaak te geven.
Casuaris
Een ander dier dat je in de oerwouden van Papua aantreft is de casuaris. Dat is een vogel die 1.60 meter kan worden en 1.50 meter hoog springt. Zijn poten zijn erg sterk en kunnen een dodelijk klap toebrengen. Daar moet je dus met een grote boog omheen lopen.
Slapen
Wanneer de reis meer dan een dag duurt, moet men slapen in het oerwoud. Verspreid in de omgeving zijn huisjes gemaakt om te overnachten. Deze moeten steeds weer hersteld worden omdat als ze een paar weken niet gebruikt worden de begroeiing weer de overhand neemt. De palen worden in de grond gestoken. De dwarslatten die het dak moeten dragen worden vastgebonden met slierten boombast. Als dakbedekking gebruikt men grote bladeren. Binnen een uurtje is een beschutting tegen de regen gemaakt.
Gezelligheid
Water dat nodig is om rijst te koken of koffie te zetten wordt uit de rivier gehaald. Het water is zo schoon en helder dat je het ongekookt op kan drinken. Er zwemt veel vis in de rivier, en als een Papua goed mikt, rijgt hij zo een vis aan zijn kapmes. Belangrijk is ook om voor de gezelligheid een fles whisky mee te nemen. Dan nemen de Papua’s een ukelele mee en worden er de hele avond liedjes gezongen.
Lees verder