Johor 'poort naar de natuur'

In de meest zuidelijke punt van het Aziatische vasteland op het schiereiland Maleisië ligt de Maleisische deelstaat Johor. De staat prijst zich aan als de 'poort naar de natuur'. De straat van Malakka die het land scheidt van Sumatra in Indonesië is hier het smalst. Van Singapore wordt het land slechts gescheiden door een nog veel smallere zeestraat. Die straat werd trouwens overbrugt voor auto- en treinverkeer. Mede door investeringen vanuit Singapore worden er grootste plannen gemaakt en gerealiseerd. Overigens heeft Johor alles in huis om het de vakantieganger naar de zin te maken, nieuwe architectuur, prachtige natuur, mooie stranden en eilanden en schitterende koraalriffen voor de duikers.

Algemene informatie

Johor ligt aan de uiterste zuidpunt van het Maleise schiereiland. Het is slechts door een smalle zeestraat, de straat van Johor, gescheiden van Singapore. In het Noorden wordt het begrensd door de Maleise deelstaten Malakka, Negeri Sembilan en Pahang. In het Oosten is er de Zuid-Chinese Zee en in het Westen de straat van Malakka.
Het beslaat een oppervlakte van 19.016 km² en telde in 2011 3,41 miljoen inwoners. Dat zijn bijna 180 inwoners per km². De hoofdstad is Johor Bahru. Johor kent een erfelijke dynastie van sultans. Tussen 1984 en 1989 was de vorige sultan koning van Maleisië.

De vlag is blauw en stelt het universum voor. Linksboven is er een rood vak met ongewone afmetingen. Het rood verwijst naar de krijger. Daarin staat een witte wassende maan en een vijfpuntige ster, islamitische symbolen die hier naar verluid de rol van de sultan symboliseren.

Een beetje geschiedenis

Toen Malakka ingenomen werd door de Portugezen vluchtte de sultan naar Bintang, nu een deel van Singapore. Hij slaagde er niet in om Malakka te heroveren maar werd zo de eerste sultan van Johor. Er ontstond een machtstrijd tussen Johor, Atjeh en Malakka. Met behulp van Johor slaagden de Nederlanders er in om Malakka over te nemen van de Portugezen. Tijdens de twee volgende eeuwen raakte het rijk verzwakt. Halverwege de negentiende eeuw, na de afstand van Singapore aan de Britten kreeg het sultanaat een nieuwe adem onder een nieuwe sultan. De hoofdstad werd van Teluk Belanga geleidelijk verplaatst naar wat nu Johor Bahru is. In die tijd werd ook een grondwet ingevoerd en een moderne administratie opgezet.
In 1914 moest Johor een Britse 'raadgever' accepteren en het bleef tot in 1941 onder Brits bestuur. Na de Japanse bezetting in 1941 kende het een gelijkaardige weg naar de onafhankelijkheid in 1957 als de rest van Maleisië.

Economie

De omgeving van Johor Bahru, Kota Iskandar, is opgezet als tweede grote ontwikkelingspool naast de Klang vallei in Selangor. Er worden grootse projecten opgezet en er wordt flink geïnvesteerd om ook de buitenlandse investeerders aan te trekken. De bedoeling is dat de hoge inkomens die hiermee gepaard gaan ook de groei van meer traditionele werkgelegenheid in de dienstensector mogelijk zal maken en zo ook de gewone bevolking ten goede zal komen. Voorlopig lijkt dat te lukken. Onderdeel daarvan is de creatie van themaparken als Legoland Maleisië. Verder is er de petrochemische industrie die aan belang wint.
De dienstensector was in 2010 goed voor meer dan de helft van het BNP, de industrie voor meer dan 33 %, de landbouw voor 10 % en de bouw voor 3 %. De staat kent een groei van 6,4 % en een werkloosheidsgraad van 2,5 % in 2011.

Toeristische troeven

Net als de andere Maleisische deelstaten is Johor rijk bedeeld met natuurschoon, tropisch regenwoud, idyllische eilandjes, prachtig witte stranden en een boeiende onderwaterwereld. Daarnaast heeft men ook historische gebouwen, moderne architectuur en plaatselijke muziek en dans.

Johor Bahru

Om te beginnen is er Kota Iskandar, het administratieve centrum waar Johor trots op is. Er zijn Moorse elementen uit Andalusië en Maleise patronen in verwerkt. Bezoekers kunnen er de mooie hall van het parlement bewonderen. De geschiedenis van Johor wordt er uitgebeeld. Het geheel is omgeven door mooie tuinen. Ook het koninklijke mausoleum is een bezoekje waard. In het Istana Besar is recent ook het koninklijk museum Abu Bakar opengesteld. Het biedt de bezoeker de gelegenheid kennis te maken met de verzamelingen van de sultans en met het interieur van het paleis. Delen van het paleis doen nog dienst voor officiële plechtigheden.

Verder is er de officiële staatsmoskee, de Sultan Abu Bakar. Deze is ontworpen door een Engels architect en is gebouwd in Victoriaanse stijl met Moorse en Maleise elementen. In een grote moderne stad als Johor Bahru zijn er uiteraard ook winkelcentra en andere ontspanningsgelegenheden. The City Square is er één van. Ten westen van Johor Bahru is Danga Bay in volle ontwikkeling, met 25 km kustlijn, prima infrastructuur, gedurfde architectuur, hele wijken, door de prijs alleen al bestemd voor de 'rijksten' en een ongekend gamma aan restaurants.

Gunung Ledang of de berg Ophir aan de grens met Malakka is zeker een goed alternatief voor liefhebbers van meer inspannende vakanties. Er zijn uitdagende tochten mogelijk. Het wemelt ervan planten dieren en vooral vogels. Er zijn watervallen en kampeergelegenheden. Klimmers hebben er een panoramisch zicht op de straat van Malakka en op een mooie dag kan men ook de kustlijn van Sumatra zien. Aan de grens met Pahang ligt het nationaal park Endau Rompin. Het omvat de waterscheiding tussen de rivieren Endau en Rompin, 800 km² exotische fauna en flora. Er wordt weleens beweerd dat iedere wetenschappelijke expeditie in het gebied terugkeert met een nieuw ontdekte soort. Voor avontuurlijke vakantiegangers zijn beperkte delen van het gebied opengesteld voor ecotoerisme. Er is een voorafgaande vergunning nodig. Behalve een veelheid aan dieren als olifanten, tapirs withandgibbons en een enkele tijger en luipaard, zijn er ook stroomversnellingen en watervallen. Wie van watervallen houdt kan ook terecht in Kota Tinggi. Rond de waterval is een recreatieterrein. Dat maakt de waterval makkelijk bereikbaar, maar tezelfdertijd ook erg druk. Wie van rust houdt kijkt beter uit naar andere gelegenheden. Wel is er eetgelegenheid en je kan er zelfs chalets huren.

De Oostkust

In Macap is er AW Pottery, een fabriek van keramiek met bijbehorend museum dat de moeite waard is voor de liefhebbers. Zowel buiten als binnen werden de creaties praktisch gebruikt, een stimulans ook voor de creativiteit van de bezoekers. Het populairste strand in Johor ligt in Desaru. Het dorp is opgezet om het toerisme in de staat een forse duw in de rug te geven/ Met 25 km wit zandstrand en het tropische groen zijn een fantastische start. Verder biedt het alles om een familievakantie te doen slagen. Zwemmen, snorkelen, kanoën, vissen en paardrijden, windsurfen en trekken door de jungle, het is allemaal mogelijk. Er is ook een 18 holes golfbaan en er zijn verschillende eerste klasse resorts. Maar we wil kan ook een chalet huren en zelfs kamperen is mogelijk.

Eilanden

Aan de oostkust liggen talrijke eilandjes die tot de mooiste eilanden ter wereld behoren. Vele zijn te klein voor bewoning maar kunnen bezocht worden tijdens tochtjes die georganiseerd worden vanuit Mersing. Rawa staat bekend om zijn vlekkeloos witte strand, wuivende palmen en koraalriffen. De resorts bestaande uit houten chalets geven eerder de indruk van een traditioneel dorp dan van een resort en dragen bij tot de charme van het geheel. Het is er rustig en de indrukwekkende rotsformaties maken het geheel af. Wat is er te doen? Snorkelen, vissen met de speer, kreeftenjacht, scuba-diving, rusten en genieten. Sibu is meer ontwikkeld. Het biedt gelijkaardige mogelijkheden in een vergelijkbare omgeving: witte stranden, groene regenwouden, kleurrijke koraalriffen vol tropische vissen. Het zeeleven rond het eiland geniet enige bescherming en er mag alleen gevist worden met de hengel.