Bezoek eens een doolhof of labyrint
Het is weer bijna lente en daarmee begint weer het seizoen voor recreatie in de buitenlucht. Voor een uitstapje dat voor alle leeftijden geschikt is, is een bezoekje aan een doolhof de moeite waard. Jong en oud kan zich vermaken door vrijwillig te dwalen, te dolen, zich een weg te zoeken. Er zijn er ongeveer vijftig in Nederland en ze zijn vaak vrij toegankelijk. Er bestaat zelfs een stichting die zich met doolhoven en labyrinten bezighoudt.
Dolen en dwalen: fascinerend
Doolhoven hebben mensen altijd al gefascineerd; ze spreken tot de verbeelding. Vrijwillig verdwalen en telkens op een dwaalspoor gezet worden in een veilige setting zoals een levensgroot doolhof spreekt een grote groep mensen aan. Het is een vorm van vermaak, waarbij je voor even kunt ervaren hoe het is om letterlijk je weg te moeten zoeken. Uiteraard is het niet te vergelijken met verdwalen 'in het wild' en niet weten of je ooit weer veilig thuis zult komen, zoals je in een uitgebreid gangenstelsel van een grot zou kunnen overkomen als je daar zonder gids in zou gaan.
Je zou het dolen in een doolhof kunnen vergelijken met het kijken naar een horrorfilm, waarin je je - veilig in een bioscoopstoel gezeten - de stuipen op het lijf laat jagen door een seriemoordenaar met een masker. Of een angstaanjagend ritje in de achtbaan, waarbij je de sensatie van gewichtsloosheid en vallen ondergaat zonder dat je echt je dood tegemoet gaat door een ongelukkige val van een hoge afgrond. Maar het dolen in een doolhof is een heel milde vorm van vrijwillig de spanning opzoeken. Het moet ten slotte wel leuk blijven.
Doolhof en labyrint: de verschillen
Bij deze begrippen lijkt het globaal om hetzelfde te gaan en de begrippen worden ook door elkaar gebruikt, maar er is wel degelijk een verschil in betekenis:
Een
doolhof is een padenstelsel waarbij tussen begin en einde keuzes gemaakt moeten worden over de te volgen weg. Het is opzettelijk zo ontworpen en aangelegd dat het vinden van de weg moeilijk is: er zijn telkens splitsingen in de paden en sommige paden lopen dood. Een andere naam voor een doolhof is
dwaaltuin.
Het kan de bedoeling zijn dat je via de kortste weg het midden van de doolhof bereikt; ook kan het zijn dat er onderweg opdrachten moeten worden uitgevoerd, zoals het verzamelen van aanwijzingen waarbij het dus eigenlijk om het oplossen van een puzzel gaat. Vaak zijn er een of meer bruggen of is er een uitkijktoren waarop je een overzicht hebt van het ontwerp van de doolhof.
Een
labyrint heeft één pad, en als je dat volgt kom je vanzelf bij het eindpunt. Het eindpunt zelf is ook niet zozeer het doel; het gaat hierbij meer om de weg ernaartoe. Een gang door of over het pad van een labyrint kan voor degene die dit doet meer dan alleen vermaak zijn; al eeuwenlang is er voor mensen vooral een symbolische, spirituele betekenis aan verbonden.
De weg van het labyrint staat dan symbool voor een andere weg: een weg in zichzelf om tot inkeer te komen of een weg om dichter bij God te komen. Door monniken werden labyrinten vroeger als een vorm van boetedoening op de knieën - al biddend - gekropen in plaats van gelopen. Ook zijn labyrinten met vruchtbaarheidsrituelen verbonden geweest, en hebben ze symbool gestaan voor de banen van de planeten in ons zonnestelsel. Labyrinten zijn ook een stuk ouder dan doolhoven: de oudste waarvan men het bestaan kent zijn 4000 jaar geleden gemaakt in steen. In de Griekse mythologie is er de mythe van Theseus, die uit het labyrint van de Minotaurus op Kreta wist te ontsnappen door de draad van Ariadne.
Soorten en maten in doolhoven en labyrinten
Doolhoven en labyrinten kunnen zijn gemaakt van verschillende materialen, en ze kunnen horizontaal of verticaal zijn. Doolhoven worden bijvoorbeeld gemaakt van hagen of van snelgroeiende gewassen zoals maisplanten. De laatste zijn dan maar één seizoen te gebruiken. Maar ze kunnen bijvoorbeeld ook bestaan uit muurtjes van steen.
Als het gaat om paden die op de grond zijn aangelegd, zoals door middel van lijnen op de grond is er sprake van horizontale doolhoven of labyrinten. Voorbeelden hiervan zijn:
- turflabyrint
- labyrint in gras gemaakt
- bestratingslabyrint, te vinden kathedralen; een van de bekendste is die van Chartres (begin 13e eeuw)
- zandlabyrint (Indianen)
Het tegellabyrint in de kathedraal van Chartres /
Bron: Daderot, Wikimedia Commons (CC BY-SA-3.0)
Bij verticale doolhoven en labyrinten zijn de paden door middel van (vaak hoge) afscheidingen gemaakt, en van oudsher wordt hiervoor in Nederland nogal eens de bekende heg (haaglabyrint) gebruikt. Als de afscheiding maar hoog genoeg is geworden wordt het onmogelijk om eroverheen te stappen, en je moet het pad wel volgen om verder te komen: vals spelen is er niet bij. Voorbeelden van verticale doolhoven en labyrinten zijn:
- haaglabyrint, hiervoor worden vaak buxus en taxus gebruikt
- struiklabyrint, waarbij lage struiken worden gebruikt
- graslabyrint, gemaakt met hoge grassoorten
- maislabyrint, voor gebruik tijdens één seizoen
- paneellabyrint, bijvoorbeeld van glazen of houten panelen
- spiegellabyrint, waarbij de bezoeker door de spiegels nog meer in verwarring wordt gebracht; op kermissen te vinden
Een doolhof in een doolhof
Vaak is het niet erg moeilijk om je weg te vinden in een doolhof, omdat het in feit om een labyrint gaat waarin een paar doodlopende stukken zijn gemaakt. Een trucje om de weg te vinden is met een hand de wand te volgen zonder loslaten, ook al is het dan soms met een omweg. Maar soms zijn doolhoven zo gemaakt dat ze als het ware een doolhof in een doolhof vormen. Die hebben onderling geen verbinding en dan zal deze truc niet werken.
Doolhoven en labyrinten in Nederland
'
Wie wil doolen in het groen, moet het in dit doolhof doen' . Dit staat in sierletters op de poort van De Doolhof in Ruurlo, Gelderland. Dit doolhof is naar verluidt de grootste haagdoolhof ter wereld. In Nederland zijn tegenwoordig ongeveer vijftig doolhoven en labyrinten te vinden van levensgroot formaat, die toegankelijk zijn voor publliek. Ze zijn gemaakt of aangelegd in kasteeltuinen, pretparken en openbare parken, zijn vaak prachtig om te zien en nodigen uit tot dwalen en dolen door mensen van alle leeftijden.
Modern labyrint in Nijmegen, bij de Waal /
Bron: HandigeHarry, Wikimedia Commons (Publiek domein)
Doolhoven vanaf de 16e eeuw
In Nederland is er een geschiedenis van eeuwen als het gaat om doolhoven, en dan gaat het vooral om haagdoolhoven. Men weet dat er vanaf de tweede helft van de zestiende eeuw doolhoven in de tuinen van kastelen en buitenplaatsen werden aangelegd door tekeningen die ervan bewaard zijn gebleven. Nederland had een belangrijke rol in die tijd op dit gebied. Het waren vooral labyrinten, met lagere begroeiing. In de eeuw daarna werden er steeds meer echte doolhoven gemaakt met manshoge hagen waarbij - mede door de inmiddels toegepaste doodlopende paadjes in het ontwerp - de klassieke doolhof ontstond dat wij nu kennen.
Doolhoven en labyrinten in kunst en cultuur
In allerlei vormen van kunst en cultuur werden en worden mensen geïnspireerd door doolhoven en labyrinten. Of het nou
gaat om het orgelwerk 'Kleines musikalisches Labyrint' gecomponeerd door Johann Sebastian Bach (17e eeuw), waarbij de luisteraar steeds op het 'verkeerde pad' wordt gezet door de wisselende toonaarden in het werk, of 'Livin' in a maze' van de Italiaanse metalgroep Labyrinth uit onze tijd.
Ook in boeken spelen doolhoven en labyrinten nogal eens een rol, en beeldend kunstenaars en filmers laten zich nogal eens inspireren door het thema. Een voorbeeld hiervan is Umberto Eco's 'The name of the rose' (De naam van de roos), een spannende thriller die zich in de middeleeuwen afspeelt en waarin een labyrint-vormige bibliotheek een sleutelrol speelt; het verhaal wordt prachtig in beeld gebracht in de gelijknamige verfilming van regisseur Jean Jacques Annaud uit 1986.
Een ander voorbeeld is 'The Shining' van regisseur Stanley Kubrick uit 1980, een in het genre klassiek geworden horrorfilm gebaseerd op het gelijknamige boek van Stephen King. Hierin komt een grote, hoge haagdoolhof voor die later in de film - inmiddels ondergesneeuwd - het decor is voor een ijzingwekkende achtervolgingsscène.
Doolhoven als spel: op papier, karton of virtueel
Doolhoven en labyrinten zijn ook terug te vinden in puzzelboekjes voor alle leeftijden; kinderen zijn er vaak al gek op. In bordspellen spelen ze ook een rol, zoals in
De Betoverde Doolhof, waarbij de vorm van de doolhof steeds verandert. Ook in computerspellen zoals bijvoorbeeld Tomb Raider komt het thema terug.
In de put
Het oeroude spel
ganzenbord was al in de vijftiende eeuw bekend. Het bord met daarop de achter elkaar getekende velden die in een spiraal naar binnen lopen en dat gevolgd moet worden, staat symbool voor de levensweg en is in feite een labyrint. Het lot (dobbelsteen) bepaalt of men bijvoorbeeld in de put komt of niet.
Oud ganzenbord /
Bron: zeno.org, Wikimedia Commons (Publiek domein)
Stichting Doolhof en Labyrint
De belangstelling voor doolhoven en labyrinten wisselde nogal eens door de eeuwen heen. In deze tijd is de belangstelling de laatste jaren weer toegenomen. In 2002 is de
Stichting Doolhof en Labyrint opgericht door een groep geïnteresseerden, die hiermee als doel hebben "het verzamelen en verspreiden van kennis en literatuur over bestaande en verdwenen doolhoven en labyrinten in Nederland". Zij doen dit via internet, lezingen, gedrukte publicaties, en zelf doen zij in hun vrije tijd serieus onderzoek naar alles wat met het thema te maken heeft.
De stichting bracht in 2007 een boek uit: "Gids: doolhoven en labyrinten in Nederland", dat de ontwikkelingsgeschiedenis en het vóórkomen van doolhoven en labyrinten tegenwoordig in Nederland behandelt, en tevens het thema zoals het voorkomt in de Nederlandse taal.