Vogezen: specifieke fauna en flora, meren en vergezichten
Spectaculaire dieren als bizons en beren zijn reeds lang uitgestorven en zal je dus niet meer tegenkomen in de Vogezen. Spectaculaire landschappen met heel hoge bergen hebben ze ook niet. Maar wel adembenemende vergezichten en prachtige meren. Verder speciale natuurverschijnselen zoals de venen en de mardelles. Wie veel geluk heeft ziet zeldzame dieren zoals de auerhaan. In de lente geniet je van de jonquilles (gele tijloos) en in de zomer van de brimbelles, de kleinere, wilde variant van de blauwe bes. De moeite waard dus om de verrekijker boven te halen en de ogen open te houden.
De fauna
De auerhaan en de lynx: beschermde diersoorten
Tot de fauna van de Vogezen behoren enkele beschermde diersoorten zoals de lynx en de auerhaan (grand tétras). Deze laatste, mytische vogel, trouwens symbool van de
Vogezen, is vooral te vinden in de tourbières of in het veen. Spijtig genoeg wordt hij steeds zeldzamer (nog maar een kleine 100 bij de laatste telling) en haat hij het om gestoord te worden, vooral tijdens het paar- en broedseizoen. De lynx daarentegen is niet zo graag gezien. Hij heeft een slechte reputatie en wordt als gevaarlijk beschouwd. Nochtans is hij ongevaarlijk voor de mens. Hij bezit een uitzonderlijke reukzin en een scherp gehoor.
La bête des Vosges: een mysterie
In de Vogezen waren er ook weleens geheimzinnige dieren: la bête des Vosges. Niemand weet wat het exact geweest is, maar tijdens de periode 1975 - 1994 werden er paarden, schapen, kippen, koeien en andere dieren aangevallen en gedood. Niemand heeft het monster ooit kunnen neerschieten of vangen. Diegenen die het gezien hebben, spreken over een hondachtige met een geel-grijze of rode vacht, een hangende staart en rechte oren. Ongeveer 60 kilo en een spoorafdruk van 90 mm op 80 mm. Het beest kon een snelheid van 80 kilometer per uur halen. Zo plots als de aanvallen begonnen, zo plots zijn ze ook gestopt. Niemand weet of het hier om één of meerdere dieren ging. In de streek leeft het wel. Het is een ware legende geworden. Naar het monster werd een amberkleurig bier genoemd :"La bête des Vosges". In 2009 werd een film gemaakt door Robin Hunzinger "La Bête des Vosges: autopsie d'une rumeur".
De klassieke dieren
Naast deze beschermde en geheimzinnige dieren is er ook plaats voor gewonere exemplaren: herten, reebokken, everzwijnen, hagedissen, rosse kikkers, schoenlappers, watervlooien, spinnen en libellen.
Uitgestorven dieren
Spijtig genoeg zijn sommige dieren reeds uitgestorven. Zo bijvoorbeeld de solitaire, een mooie gele vlinder.
Vissoorten
In de meren vindt men gangbare vissoorten: karpers, forellen, baarzen, voorn, zeelt en met veel geluk kom je ook een snoek tegen.
De flora
Naast de gangbare bloemen, bomen en planten die men in bergachtige streken tegenkomt, kennen de Vogezen een paar speciale natuurfenomenen. Zo zijn er de mardelles en de tourbières of venen.
De mardelles
Een mardelle is een tijdelijke of permanente poel met een bijzondere fauna en flora. De diversiteit hangt af van het licht en de vochtigheidsgraad. De oorsprong van de mardelles is niet gekend. Werden ze door de mens aangelegd, zijn ze natuurlijk van oorsprong of is het een mengeling van beiden, dat is niet geweten. Als ze natuurlijk zijn, zijn ze of periglaciaal (gesmolten deel onder een plak ijs) of hebben ze een karst-oorsprong (vorming door ontbinding van onderliggend gesteente). Op de bodem van de mardelles ligt er vaak vruchtbare leem die ook nog eens waterdicht is. Daardoor wordt het water dus vastgehouden op die plaatsen worden de mardelles een broeihaard voor vele plantensoorten. Aanvankelijk dacht men dat deze mardelles waren ontstaan door de inslag van obussen of door de ontploffing van mijnen, aangezien deze streek erg getroffen is geweest ten tijde van de oorlog. Maar onderzoek heeft uitgewezen dat de mardelles veel ouder zijn, van 8 tot 22 eeuwen! Gezien hun enorme rijkdom en waarde werden de mardelles opgespoord en genummerd door de gemeente Rambervillers, in samenwerking met het ONF (Sylvétude-Vosges). Vijf turfachtige mardelles werden in kaart gebracht en zullen worden uitgebaat. Er zal een wandelpad zijn, er zullen pontons worden gebouwd en er zullen informatieborden worden aangebracht.
Veen of tourbières
Een fenomeen dat een beetje gelijkaardig is. Vochtig en moerassig, maar erg gevoelig. Men vindt tourbières in de buurt van La Bresse (Machais en Lispach), in de buurt van
Gérardmer (Liézey), bij Aumontzey en bij de Donon. De belangrijkste zijn als reserve geklasseerd. Dit unieke landschap heeft zich ontwikkeld op turfgrond. De turf is ontstaan door de ontbinding van de sphagnum, een mossoort die opgezwollen is door de regen en het water van de beken. De biodiversiteit is erg groot in de tourbières. Men vindt er zeldzame planten als veenpluis ( linaigrette vaginée) en moerasviolet (violette des marais). Maar ook veenmos (sphaignes), een soort mos dat uniek is in Frankrijk. Verder de veenbes of cranberry (canneberge) en de andromède, soorten heideplanten (bruyère). Het blaasjeskruid (utriculaire) dat zich voedt met ongewervelden en de zonnedauw of vliegenvangertje (droséra), een vleesetende plant. In het veen heerst er een microklimaat. Toch even opletten: ga nooit alleen een tourbière in. Ten eerste omdat het moerassig is en men er dus wegzakt. Ten tweede omdat hun evenwicht erg broos is en dus heel makkelijk kan verstoord worden door onachtzame wandelaars. Of zelfs helemaal vernietigd. Het duurt eeuwen eer een klein stukje turf terug aangroeit. Over erg kwetsbare stukken werden pontons en bruggetjes gebouwd waar men op kan lopen. Volg dus steeds de gemarkeerde paden of maak de wandeling onder leiding van een natuurgids. Pluk ook geen planten in deze gebieden en laat geen vuil achter.
De jonquille en de Fête des jonquilles
In de lente zijn de flanken van de bergen rond de meren van Gerardmer en Longemer bezaait met jonquilles (gele tijloos). Dit gele bloempje wordt er ook wel goudklokje genoemd. Om de twee jaar gaan schoolkinderen de miljoenen bloemen plukken en rond de twintigste april wordt er dan om de twee jaar een enorme bloemenstoet georganiseerd over drie kilometer doorheen heel de stad. De praalwagens zijn helemaal opgemaakt uit jonquilles. Voor sommige zijn tot wel 200.000 bloemen nodig. Allerlei onderwerpen komen aan bod: Lucky Luke, de Teletubbies, de gelaarsde kat, enz. De Fête des Jonquilles ontstond in 1935 onder impuls van een Vriendenkring voor motoliefhebbers en is sindsdien niet meer weg te denken uit de stad Gerardmer.
De brimbelle
Zeg nooit brimbelle tegen een myrtille! De myrtille is de dikke blauwe bes die wordt gekweekt en overal wordt verkocht, op markten en in winkels. De brimbelle is de wilde variant. Deze blauw-paarse, kleine bes die minder zoet is dan de gekweekte variant vindt men aan struiken in de bossen. Toch even oppassen als je de wilde variant plukt. Pluk de bessen niet te dicht bij de grond. Ze zouden kunnen besmet zijn door uitwerpselen van vossen en het eten van besmette bessen kan de mens erg ziek maken.