Het Veerse Meer: een metamorfose van zeearm naar meer
Het Veerse Meer is een meer in de provincie Zeeland, dat is ontstaan na de watersnoodramp van 1953. Na de ramp kwam het Deltaplan om te voorkomen dat dit nogmaals zou kunnen gebeuren. In het kader van de Deltawerken is onder andere de voormalige zeearm het 'Veerse Gat', van de Noordzee afgesloten. Het meer is bij de meeste mensen bekend als recreatiegebied. De afsluiting heeft een ware metamorfose tot gevolg gehad. Voor de natuur, maar ook voor de vissers, de scheepvaart, de veerdiensten en de recreatiesector.
Watersnoodramp en Deltaplan
In 1953 vond de Watersnoodramp plaats in zuidwest Nederland. Ook rondom het gebied wat nu het meer is, waren de gevolgen enorm. Op negen plaatsen braken de dijken door en stroomden polders vol. Ongeveer zestig dodelijke slachtoffers waren het trieste gevolg.
Het Deltaplan werd in het leven geroepen om de veiligheid van de inwoners te kunnen waarborgen. Eén van de ideeën was het verkorten van de kustlijn. Dit idee, in combinatie met het verhogen van de dijken, zou het risico van nieuwe overstromingen aanzienlijk beperken.
Nieuwe dammen: de Veerse Gat dam en de Zandkreekdam
Een onderdeel van het Deltaplan was het met elkaar verbinden van Walcheren, Noord-Beveland en Zuid-Beveland. Om dit te bereiken moest er een dam komen aan de Noordzee kant en eentje aan de Oosterschelde kant. Op deze manier kon men de kustlijn met ruim veertig kilometer inkorten. Door deze keuze komen er twee dammen. Aan de Noordzee kant wordt de Veerse Gat dam in 1961 aangelegd en aan de Oosterschelde zijde in 1960 de Zandkreekdam. Beide dammen zijn genoemd naar het vaarwater wat werd afgesloten.
Door de afsluiting ontstond een binnenzee, of beter gezegd een meer. Het water zou van zout veranderen in brak. Met alle gevolgen van dien voor de flora en fauna. In plaats van een getij kwam er een zomer- en winterpeil. In de zomer een wat hoger en in de winter een lager peil. Op deze manier kan er voldoende overtollig water uit de polders gespuid worden.
Een meer met eigen flora en fauna
De natuur paste zich gewoon aan de nieuwe omstandigheden na de afsluiting aan. Het water werd van zout zeewater, brak water. Er kwam immers alleen zoet water bij door regen en water dat uit de polders gepompt werd. Het gevolg was een meer met een geheel eigen flora en fauna. Er kwamen minder, en andere soorten vissen. Er is sprake van ontzettend veel (water) vogels. Daarnaast werd er op sommige plaatsen veel nieuw bos aangeplant.
Visserij in Veere en op het Veerse Meer
Eerst had met name Veere een behoorlijke vissersvloot. Er werd op vis en schaal- en schelpdieren gevist. De vissersvloot uit Arnemuiden had geen eigen haven meer en had voor Veere als thuishaven gekozen. Deze plaats had toen nog een open verbinding met de Noordzee. De huidige beroepsvisserij op het Veerse Meer is kleinschalig. Twee beroepsvissers, die vissen met fuiken op paling. Omdat de vissers eigenlijk niet kunnen leven van alleen paling, zijn ze sinds een aantal jaren betrokken bij proeven om verschillende soorten schelpdieren te kweken.
De veerdienst uit de vaart
De veerdienst tussen Veere en Kamperland werd uit de vaart genomen. Over de dammen rijden was goedkoper en makkelijker dan de
veerpont te nemen. Voor de toeristen kwamen in het seizoen de oude veerpontjes van vroeger terug. Tussen Wolphaartsdijk en Kortgene en tussen Veere en Kamperland. Ze zijn onderdeel van het bekende “rondje met een pontje”.
Scheepvaart op het Veerse Meer
Het meer maakt tegenwoordig deel uit van de scheepvaartroute. Vanaf Vlissingen kiest de binnenvaart het kanaal door Walcheren en gaat bij Veere het meer op, om dan via de sluis bij Kats de Oosterschelde op te varen. Zodoende kan men dan via de Krammersluis in de Philipsdam, het Volkerak, het Hollands Diep en de Dortse Kil naar Rotterdam en omgeving. Behalve de binnenvaart maakt ook een
cruiseschip hier regelmatig gebruik van. Ook diverse rondvaarten over het Veerse Meer zijn erg in trek.
Recreatie op het meer en op het land
Zoals verwacht werd het Veerse Meer een toeristische trekpleister van formaat. De watersport nam enorm toe. Overal kwamen er jachthavens met veel aanlegplaatsen om iedereen een plaatsje te bieden. Op het land waren veel parkeerplaatsen nodig voor alle dagrecreanten. Zwemmen, zonnen, varen, fietsen, hengelen en surfen werden en zijn, favoriete bezigheden. Bekende terreinen zijn “de Piet” bij Wolphaartsdijk en de “ Schotsman” en “de Ruiterplaat” bij Kamperland.