Weert: geschiedenis en bezienswaardigheden
Weert is een stad in Midden-Limburg die grenst aan Noord-Brabant en België, dit is de reden waarom Weert ook wel de 'Poort van Limburg' genoemd wordt. Weert kreeg in 1414 stadsrechten, maar heeft daarvoor ook al een geschiedenis. De stad is in Nederland vooral bekend om zijn Weerter vlaaien, en de grote kermis in september.
Geschiedenis
De naam 'Weert' is afgeleid van het woord 'waard'. Een waard is een stuk land omgeven door water. Dit verwijst naar de waterrijke omgeving waarin Weert ligt, omgeven door de Peelplassen en moerasgebied. Weert wordt voor het eerst genoemd in een document van 1062, met de naam Wertha.
Er zijn archeologische bewijzen gevonden dat er al sinds de prehistorie mensen wonen in de omgeving van Weert. Deze bewijzen uit de steentijd en bronstijd zijn met name gevonden op het urnenveld op de Boshoverheide, waar een wandelpad tussen de grafheuvels loopt. Daarnaast zijn er sporen uit de ijzertijd en Romeinse tijd gevonden.
Graven van Horne
Weert werd bestuurd door de graven van Horne. Deze heren werden als 'voogd' aangesteld door de geestelijken van Weert, omdat zij zelf de stad niet konden besturen. De graven van Horne stamden af van een bekend riddergeslacht en ze bouwden twee kastelen in Weert. In de 12e eeuw werd het Kasteel De Aldenborgh gebouwd, dit werd in 1461 afgestaan aan de minderbroeders en het werd omgebouwd tot klooster. In 1455 bouwde de graaf Jacob I van Horne het Kasteel Nijenborgh. Dit kasteel werd tijdens de Spaanse Successieoorlog in 1703 grotendeels verwoest. De toegangspoort van het kasteel en enkele hoektorens zijn de enige delen van het kasteel die deze oorlog overleefd hebben.
Gouden Eeuw
In de periode van 1450-1550 kwam Weert in zijn eerste Gouden Eeuw terecht en maakte het onder de graaf van Horne een grote bloei en ontwikkeling door. Vele gilden, maar met name het lakengilde droeg veel bij aan de welvaart. Het is in deze periode dat ook aan de bouw van de Sint-Martinuskerk begonnen werd.
Toen de laatste graaf van Horne, Filips van Montmorency, overleed, kwam Weert in verval doordat het niet meer beschermd werd door de graven van Horne. Dit was ten tijde van het begin van de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). Pas tussen 1825 en 1879, na de aanleg van respectievelijk de Zuid-Willemsvaart en de IJzeren Rijn, kwam de economie weer op gang. In 1889 werd hierdoor de kerktoren van de Sint-Martinuskerk tot een hoogte van 104 meter verhoogd. Het te lange kruis op de kerk werd in 1906 met zeven meter ingekort.
Industrialisatie
Na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) kwam de industrialisatie in Weert op gang. Er werden verschillende fabrieken gebouwd (chemische fabriek, machinefabriek, betonfabrieken, meelfabriek, etc.) en een drukkerij en een zagerij. Deze fabrieken waren belangrijk om alle mensen werkgelegenheid te geven, aangezien het geboortecijfer in Weert hoger lag dan het landelijk gemiddelde.
Bezienswaardigheden
Veel gebouwen van de oude stad zijn verdwenen na de Tweede Wereldoorlog. Enkele bekende gebouwen die nog te bezichtigen zijn:
- Sint-Martinuskerk
- Bethelkerk
- Sint-Jozefkerk
- Birgittinessenklooster
- Minderbroedersklooster
- Sint-Rumolduskapel
- Diverse windmolens (Wilhelmus-Hubertus, Sint Anna, Sint-Antonius, Sint Oda, Boonesmolen)
- Muntgebouw
- Kleipijpenoven
- Kasteel Nijenborgh
- Prehistorische grafheuvels
In het Muntgebouw, gelegen in de Muntpromenade, werden van 1306-1568 munten geslagen. Tegenwoordig (2017) bevindt zich een restaurant in het oude gebouw.
De Kleipijpenoven, gelegen aan de Noordkade, is een oven die bij de pijpenfabriek hoorde die in 1855 in Weert lag. Deze kleipijpenoven is de laatste bewaard gebleven oven van deze soort in West-Europa.
Weerter vlaai
Buiten Limburg is de vlaai vooral bekend als afkomstig uit Weert. Dit komt door het werk van een bekende Weertenaar: Antje van de Stasie (dialect voor 'Antje van het station'). Zij stond vroeger op het station van Weert en verkocht kleine vlaaitjes aan de reizigers. Hierdoor werd de Weerter vlaai bij veel mensen van buiten Limburg bekend.
Kermis
De kermis in Weert is de op één na grootste van Nederland, met meer dan 130 attracties (2016) verdeeld over zeven pleinen. De kermis in Weert is één van de weinige kermissen die vrijwel volledig in de binnenstad gestationeerd zijn, bijna de gehele kermis staat binnen de singels die het centrum van Weert omringen.
Een ander feit waarom de kermis in Weert bekendstaat, zijn de lage prijzen. Dit komt doordat kermisexploitanten verplicht zijn zich te houden aan een maximumbedrag.